politieke crisis in Griekenland

De tegenvallende militaire resultaten in de Turk-Griekse oorlog zorgen voor een politieke crisis in Griekenland. De eerste minister Dimitrios Gounaris overleeft op 11 mei 1922 ternauwernood een vertrouwensstemmingen het Griekse parlement waarbij zijn regering maar één stem op overschot heeft. Het uitstel is van korte duur : daags erna valt de regering dan toch nog.

Dimitrios Gounaris s evenwel geen onervaren politicus. In 1915 was hij al eerste minister geweest. In 1917 voelt hij zich genoodzaakt in ballingschap te gaan omdat hij eerder voorstander is van neutraliteit tijdens de Groote Oorlog. Die ballingschap duurt tot 1920 waarna hij terug op de politieke voorgrond treedt. Het duurt nog tot maart 1921 voor hij eerste minister wordt. Hij staat dan ook achter de Griekse offensief in Turkije. In het begin boeken de Grieken nog successen maar ze worden gestopt voor Ankara in de zomer van 1921. Als het tij keert, zoekt Gounaris steun bij de Britten. Die geven niet thuis en het kost Gounaris zijn kop. In mei 1922 is het nog figuurlijk als hij het premierschap verliest. Maar als de Griekse nederlaag in Turkije volledig is, en er komt een eind aan duizenden jaren Griekse aanwezigheid in Klein-Azië, dan wordt hem samen met andere politieke verantwoordelijken de rekening voorgelegd in de vorm van een proces. Op 28 november 1922 wordt Gounaris gefusilleerd.

bronnen

https://en.wikipedia.org/wiki/Dimitrios_Gounaris
https://en.wikipedia.org/wiki/May_1922#May_12,1922(Friday)

Dimitrios Gounaris


VIIe Olympiade in Antwerpen

Op 14 augustus 1920 opent de zevende Olympiade in Antwerpen. Baron Edouard de Laveleye was het hoofd van het comité dat in 1913 het Internationaal Olympisch Comité moet overtuigen België te kiezen als gastland. In 1914 moet het IOC nog kiezen tussen de steden Antwerpen, Amsterdam, Rome en Boedapest. En dan breekt de Groote Oorlog uit

De Franse stad Lyon stelt zich in 1915 nog voor als mogelijke locatie voor de spelen, maar beslist dan toch Antwerpen te steunen als de stad tijdig bevrijd wordt om de spelen daar te laten doorgaan. Kort na de wapenstilstand van 11 november 1918 beslist het IOC Antwerpen te kiezen als locatie. Een uitvoerend comité gaat aan de slag op 17 april 1919 onder leiding van Henri de Baillet-Latour en Alfred Verdyck. De eerste steenlegging van het Olympisch stadion in Beerschot gebeurt op 4 juli 1919 door burgemeester Jan De Vos. Op 23 mei 1920 wordt het stadion voor de eerste keer in gebruik genomen.

De spelen duren van 14 augustus tot 12 september 1920.

bron : https://en.wikipedia.org/wiki/1920_Summer_Olympics

etnische spanningen in Split en Trieste

Zowel Italië als het koninkrijk Servië zijn geïnteresseerd in dezelfde delen van het Oostenrijks-Hongaarse keizerrijk. In 1915 heeft Italië de kant van de geallieerden gekozen na bepaalde afspraken. (Lees meer daarover op deze pagina). Na de wapenstilstand hopen de Italianen snel hun grenzen te kunnen verleggen. Maar de Serviërs hopen tegelijk op een Zuid-Slavische natie met de Kroaten, Bosniërs en Slovenen.

In 1919 bezet Gabriele D’Annunzio met een aantal vrijwilligers de stad Fiume om zo de annexatie door Italië af te dwingen. (meer op deze pagina). Daarmee neemt de spanning tussen Italianen en Slaven in de regio toe.

Op 11 juli 1920 zijn er schermutselingen tussen de Italiaanse in Kroatische inwoners in Split (Spalato in het Italiaans). Een aantal Italiaanse matrozen van het aangemeerde schip “Puglia” worden in het nauw gedreven door Kroaten. Kapitein Gulli van de “Puglia” komt aan land om te proberen zijn mannen te ontzetten, maar dan vallen er schoten. Er vallen een aantal gewonden, waaronder ook de kapitein. Gulli sterft op 12 juli.

En dan volgen de rellen mekaar in de regio op. Op 13 juli 1920 vallen Italiaanse fascisten en nationalisten Slavische zaken in Trieste aan. Het trieste hoogtepunt van de rellen wordt bereikt als de Narodni dom in brand gestoken wordt. Op 14 juli 1920 organiseren de Italianen in Trieste een protestbetoging waarbij een Italiaanse fascist, Gionanni Nini, door Slavische communisten wordt doodgestoken. Daarop breken weer rellen uit waarbij er op gegeven ogenblik een vuurgevecht uitbreekt rond hotel Balkan dat 20 minuten duurt.

Op de foto hieronder herdenken de Italianen hun doden. Er zijn natuurlijk ook aan Slavische kant bij Slovenen en Kroaten slachtoffers gevallen. Daar hebben we geen foto van gevonden.

bronnen
https://en.wikipedia.org/wiki/1918%E2%80%9320_unrest_in_Split
http://www.narodnidom.eu/it/la-mostra/13-luglio-1920-la-notte-dei-cristalli-di-trieste/
https://www.ereticamente.net/2013/09/14-luglio-1920-il-battesimo-dello.html

de eerste kerst voor Tinus thuis

Martinus Evers is ingelijfd in het Belgisch leger in februari 1916. De kerst van 1915 heeft hij dus nog in Hamont kunnen vieren. In de documentatie die ik van familie heb gekregen, lees ik dat Tinus is afgezwaaid in oktober 1919. Dan is hij terug naar huis mogen gaan. En dus is kerstmis 1919 de eerste kerst die hij thuis heeft kunnen vieren na 4 jaar afwezigheid. En samen met hem ongetwijfeld vele andere soldaten die enorm blij waren hun familie terug te zien.

Bij deze wens ik de lezers van deze blog prettige kerstdagen toe. Ik hoop jullie in 2020 terug als lezers te mogen verwelkomen op de blog van Tinus Evers.

Lousberg ontruimd

Het gesticht Lousberg in Gent wordt op 21 december 1918 ontruimd. De situatie wordt er omschreven als ‘amper menselijk’ : plaatsgebrek, tekort aan voedsel en zeep, te weinig lakens…
Vroeger was dit een hospitaal voor oude mannen, maar sinds de zomer van 1915 plaatsten de Duitsers hier prostituees en wellicht ook vrouwen die aan een geslachtsziekte leden maar helemaal geen prostituees waren. Mogelijk ging het de Duitsers vooral om de isolatie van de prostituees, eerder dan om hun genezing.

bron : oorlogskalender 2014 – 2018, Davidsfonds

het einde van de Viribus Unitis

De SMS Viribus Unitis (Latijn voor “met vereende krachten”) was een slagschap van de Kaiserliche und Königliche Marine van Oostenrijk-Hongarije. Het schip is gebouwd in 1910-1911 in de toenmalige Oostenrijks-Hongaarse havenstad Trieste.

Aartshertog Franz Ferdinand vaart aan boord van de Viribus Unitis naar Sarajewo in juni 1914. Op 30 juni 1914, na de aanslag in Sarajewo, worden de lijken van Franz Ferdinand en zijn echtgenote aan boord van de Viribus Unitis terug naar Trieste gebracht.

Aan de vooravond van de eerste wereldoorlog helpt het slagschip samen met andere schepen van de Oostenrijks-Hongaarse marine om de Duitse schepen SMS Goeben en Breslau toe te laten te vluchten door de straat van Messsina naar Constantinopel. Daar treden de schepen toe tot de Ottomaanse marine, weliswaar met de oorspronkelijke Duitse bemanning aan boord.

Door de Otranto barrage, waarmee de geallieerden de Adriatische zee afsloten, verlaat het schip nauwelijks de haven van Pola. In mei 1915 neemt de Viribus Unitis nog deel aan een bombardement van de Italiaanse stad Ancona.

In juni 1918  neemt de Viribus Unitis deel aan een aanval op de Otranto barrage. Het doel is om meer schepen van de Centralen toe te laten door de straat van Messina te varen. In de nacht van 8 juni op 9 juni 1918 verlaat admiraal Miklós Horthy met een aantal slagschepen, waaronder de Viribus Unitus, de haven van Pola. Op 10 juni wordt de vloot ontdekt door 2 Italiaanse schepen. De Italianen gaan direct over tot de aanval. Ze slagen erin de Szent Istvan de raken met torpdeo’s alvorens ze moeten vluchten. Het schip zinkt en nu de Italianen op de hoogte zijn van hun komst, besluit admiraal Horthy terug te keren. Dat is ook de laatste actie van de Viribus Unitis.

Eind oktober 1918 is het duidelijk dat Oostenrijk-Hongarije de nederlaag niet meer kan afwenden. De Oostenrijks-Hongaarse marine geeft er de voorkeur aan om de Viribus Unitis te geven aan de nieuw gevormde staat van Slovenen, Kroaten en Serviërs. Het schip wordt op 31 oktober 1918 herdoopt in Jugoslavija.
Op 1 november 1918 gaan twee Italianen Raffaele Paolucci en Raffaele Rossetti op een gemotoriseerde torpedo naar de haven van Pola. Om 4u40 plaatsen ze een mijn op de Jugoslavija. Ze worden betrapt en gevangen genomen. Bij hun ondervraging melden ze de kapitein van het schip dat ze een mijn hebben geplaatst zonder te juiste locatie te geven. Admiral Janko Vuković laat de twee gevangenen overbrengen naar de Tegetthoff en beveelt de evacuatie van de Jugoslavija. Omdat de explosie niet plaats vindt om 6u30, neemt Vuković aan dat de Italianen gelogen hebben. De admiraal en heel wat matrozen gaan terug aan boord van het schip als om 6u44 de mijn alsnog ontploft. De Jugoslavija zinkt in 15 minuten. De admiraal en 300 tot 400 matrozen komen om. Paolucci en Rossetti blijven gevangen tot het einde van de oorlog enkele dagen later en krijgen beide een medaille voor hun heldendaad.

bron : https://en.wikipedia.org/wiki/SMS_Viribus_Unitis

SMS-Viribus-Unitis

 

 

 

Roland Garros stort neer

Nadat hij op 19 oktober 1915 een noodlanding moest maken met zijn vliegtuig, voorzien van een gesynchroniseerd machinegeweer, was Roland Garros krijgsgevangen genomen en naar een Duits kamp getransporteerd.

In februari 1918 ontsnapt hij uit krijgsgevangenschap en keert hij terug naar huis. Hij meldt zich weer bij het leger en wordt nu ingedeeld bij Les Cigognes, het befaamde jachteskader waartoe ook Georges Guynemer behoord heeft, de meest vermaarde Franse jachtpiloot.

Op 5 oktober 1918 slaagt een Duitse piloot erin om het toestel van Roland Garros neer te schieten boven de Franse Ardennen. Bij wijze van postuum eerbetoon dragen de Open Franse Tenniskampioenschappen sinds 1927 zijn naam.

bron : oorlogskalender 2014-2018, Davidsfonds

7681CD8B-3D14-47BF-BA12-1E8C8F9B81D6.jpeg

 

een medaille voor Herbert Patey

Een vermelding in The London Gazette is een hele eer. In oorlogstijd betekent het dat je een militaire onderscheiding krijgt. Op 21 september 1918 duikt Herbert Pateay op in die publicatie omdat hij het Distinguished Flying Cross krijgt. Jammer genoeg is hij krijgsgevangen en kan hij zijn ereteken niet ophalen.

Herbert Patey heeft een ongewone militaire carrière. Bij het begin van de oorlog treedt hij in dienst van de Royal Naval Division en vecht mee in Egypte en Gallipoli. In november 1915, wanneer hij, gehandicapt, terug in Groot-Brittannië is, ontdekken de autoriteiten dat hij te jong is voor het leger en ze ontslaan hem.

In april 1917 treedt hij weer in dienst, bij de Royal Naval Air Service, en wordt piloot. Tussen 17 mei en 3 september 1918 behaalt hij elf luchtoverwinningen. Op 5 september 1918 wordt hij neergeschoten en wordt krijgsgevangene. Met kerstmis 1918 is hij weer thuis. Twee maanden later sterft hij aan een dubbele longontsteking.

bron : oorlogskalender 2014-2018, Davidsfonds

HerbertPatey_1918

Herbert Patey 

 

lange doodstrijd voor de SS Justicia

Na een strijd van 22 uur tegen 2 U-boten zinkt de SS Justicia op 20 juli 1918 voor de kust van Malin Head (Ierland).

De SS Justicia is een Brits troepentransportschip, gebouw in de scheepswerven van Harland and Wolff (Belfast). Het schip wordt te water gelaten op 9 juli 1914 onder de naam Statendam. In 1915 wordt het schip opgevorderd door de Britse regering voor troepentransport. Het krijgt dan de nieuwe naam Justicia. Onder de bemanning zijn er veel overlevenden van de aanval op de Brittanic, zusterschip van de Titanic. Het schip was voorzien van dazzle camouflage, een strepenpatroon dat de bemanning van de U-boten moet verwarren.

Op 19 juli 1918 vaart de Justicia van Belfast naar New York, geëscorteerd door een aantal destroyers. Op ongeveer 40 kilometer ten zuiden van Skerryvore (Schotland) wordt het schip getroffen door een torpedo van de U-boot UB-64. De torpedo slaat in op de machinekamer en doodt daarbij 9 matrozen. De waterbestendige deuren worden gesloten en stellen zo het zinken uit.

De U-boot vuurt nog twee torpedo’s af maar die missen doel. Een vierde torpedo raakt de Justicia wel maar het schip blijft drijven. De destroyers vallen de U-boot aan en jagen die op de vlucht. Ondertussen verlaat het grootste deel van de bemanning de Justicia. De sleepboot Sonia neemt de Justicia op sleeptouw naar Lough Swilly met de bedoeling het schip daar aan land te brengen.

Ondertussen is een 2e U-boot genaderd. De UB-124 vuurt twee torpedo’s af die het schip de genadeslag geven. De overblijvende bemanningsleden verlaten het schip. De Justicia zinkt op 20 juli 1918 op ongeveer 60 kilometers ten noordwesten van Malin Head (Ierland). Als de U-boot opduikt, beschieten de destroyers de duikboot en brengen die tot zinken.

bron : http://coastmonkey.ie/ss-justicia/

Justicia_19180720

Herbert Sulzbach haalt herinneringen op

De marsorders brengen Herbert Sulzbach, luitenant bij de Duitse artillerie, naar een streek waar hij ook al in 1914 en 1915 is geweest. Dat brengt bij hem goede en weemoedige herinneringen terug.

Op 19 juni 1918 trekt hij naar Les Petites Armoises om zijn oude bivakplaats terug te vinden en de Fransen waar hij goed herinneringen aan heeft.

Ik vind mademoiselle Valentine terug terwijl ze de koeien melkt, net zoals drie jaar geleden. Les Petites Armoises ! Het dorp met de zachte, aangename, vredevolle omgeving – hoe vaak heb ik ernaar verlangd om hier terug te zijn. Vandaag is mijn wens uitgekomen en ik reed 80 kilometer om om dit dorp en mijn Franse vrienden terug te zien. Ik rijd in draf het dorp binnen en stop bij het huis van de familie Vesseron. Valentine en moeder Pauline komen naar buiten gelopen en roepen uit “Erbère ! Non, c’est impossible, mon Dieu, mon Dieu !”.

Ze vragen naar mijn kameraden van 3 jaar terug en ook naar Kurt en ze zijn geschokt als ik ze meld dat hij dood is. Ze leiden me door het dorp en ik kom oude kennissen tegen. Daarna maak ik een wandeling met Valentine naar de oude molen. Toen ik hier voor het eerst was, was Valentine 16 jaar oud en ik 20, Vandaag is ze nog mooier en vrolijker, met zwarte haren en grote bruine ogen, een echte dorpsschoonheid.

Daags erna verlaat hij reeds om 4 uur ’s morgens Valentine en moeder Pauline. Om 9 uur vindt hij zijn regiment terug in Mesmont. Tijdens de rustdagen van het regiment maakt hij nog een 2e uitstap naar Les Petites Armoises. Op 2 juli 1918 verlaat het regiment Mesmont en ze slaan hun kamp op in Pontfaverger. Weer een plek waar herinneringen komen bovendrijven.

Hier zit ik weer in ons district waar we reeds in 1914 waren. Ik blijf maar denken aan mijn dode kameraad Kurt. Ik zal onze eerste kerst samen aan het front nooit vergeten.
We blijven in ons kamp en maken ons klaar voor het komende offensief. We hopen dat dit ons naar de eindoverwinning zal voeren. We wachten op een aanval op Reims.

Op 7 juli 1918 ga ik naar het front met kapitein Knigge om de artillerieposities te inspecteren en de beschietingen voor te bereiden. Op onze terugweg komen we door Pontfaverger, dat ik nog ken uit het eerste oorlogsjaar. Het was toen een levendig klein dorpje. Nu blijft er alleen maar een hoop puin over. Dit dorp is even dood als mijn vriend Kurt.

bron : Herbert Sulzbach, with the German guns, Pen & Sword military

FeldgrauenInBiwak