Preussenstellung in Klerken

In een betonnen muur van een Duitse schuilplaats in Klerken markeert iemand de datum van 28 december 1915. De bouwdatum dus, net voor het beton hard wordt. Deze en een paar andere gelijkaardige constructies in de buurt maken deel uit van de Preussenstellung, een van de Duitse verdedigingslinies.

Deze grotendeels betonnen schuilplaats ligt in de buurt van diverse Duitse installaties : een laadstation, smalspoorwegen, een munitiedepot en een oefenterrein.

Toeristische tip : Je vindt deze betonnen constructie op een erf, tussen andere hoevegebouwen op het nummer 12 van de Zuid-Torhoutstraat in Klerken.

bronnen
oorlogskalender 2014-2018, Davidsfonds
de foto komt van http://www.wegwijzerwoi.be/nl/duitse-schuilplaats-veld-zuidtorhoutstraat-12-klerken-woi

DuitseBunker_Klerken

de nachtmerrie van Raoul Snoeck

Op 31 oktober 1915 is Raoul Snoeck gewond afgevoerd van de eerste linie naar een hospitaal in Calais. Op 4 november 1915 komt hij toe in een hospitaal in Rennes. Op 20 november 1915 had Raoul nog genoteerd dat zijn wonde goed aan het genezen was (lees hier).

Maar in december loopt er iets mis. Zijn dagboek meldt het volgende.

10 december 1915
Mijn verwonding houdt me nog altijd in Rennes. Vandaag heb ik van thuis uit oude brieven met foto’s ontvangen. (…) Wat is het prettig nieuws te ontvangen van thuis, dat doet meer deugd dan een zwachtel. Ik stuur mijn ouders enkele interessante foto’s die ik hier heb genomen.

16 december 1915
We veranderen van hospitaal.

17 december 1915
Ik heb kennis gemaakt met een Franse dame, mevrouw Heyman. Haar echtgenoot is kapitein bij het Franse leger. Deze charmante vrouw komt dikwijls het hospitaal bezoeken om zieken te troosten.

18 december 1915Beenprothese
Ik ben moedeloos, heb niets te lezen en niets te doen en dagdroom over mijn familie. Schrijven is mijn enige afleiding. Ik noteer al mijn indrukken en neem veel foto’s.

19 december 1915
Wegens verhuis van hospitaal is mijn wonde drie dagen zonder verband gebleven. In de bil ontwikkelde zich een abces dat ontaardde in celweefelontsteking. De dokter is erg ongerust en ik trouwens ook, want ik zou niet graag hebben dat ze mij een poot afzetten.

Met dit bericht sluit Raoul Snoeck het jaar 1915 af. Hij zal terug beginnen schrijven op 1 januari 1916.

bron : Raoul Snoeck, in de modderbrij van de Ijzervallei, uit het Frans vertaald door André Gysel, Snoeck-Ducaju & zoon

 

Engels kerstverlof voor dokter Lievens

In het dagboek van dokter Lievens lezen we over zijn verlof in Engeland tijdens de kerstdagen van 1915.

23-12-1915
Overzet CalaisFolkestone met de cargo. Het is slecht weer en buitengewoon nevelig. We doen er zeven uur over. Ik word niet zeeziek. Ik kom aan in Londen omstreek 19u30 en vind Jozef Ide in het Empire Hotel. Hij ziet er heel goed uit. Hij ziet er heel goed uit en is heel tevreden met zijn situatie.

24-12-1915
Ik vertrek naar Coventry, naar Clément de Mont, Dalton Road 8. Hij woont er in een mooi knus huisje. De ontvangst is allerhartelijkst. Ik laat me fotograferen.

25-12-1915
Ik woon de goed gezongen hoogmis bij. Heel de kerk is versierd met hulst en maretak. ’s Avonds dineren we bij meneer Wheeler, 10 Grosvenor Road. Er wordt een prachtige kalkoen opgediend, maar die is opgevuld met gember, worsten, spek en Brusselse kool. Als dessert volgt de traditionele plumpudding. Tot slot drinken we nog een port. Daarna volgen gezelschapsspelen en een concert. Ik heb me heel goed geamuseerd.

26-12-1915
Ik denk veel aan mijn gezin. Nooit eerder wenste ik zo vurig om bij vrouw en kinderen te zijn. Ontbijt bij mevrouw Archer, waarna de jonge heer me met de auto laat kennismaken met de omgeving van Coventry, Stratford-on-Avon, het land van Shakespeare, en het domein van Lord Lee. Prachtige eikenbomen. Ontelbare herten. Om 17 uur drinken we thee bij mevrouw Blythe , the Belmont, Saint Patrick’s road. ’s Avonds ben ik bij meneer Hayward, South Hurst Rochester Road.

27-12-1915
Terugkeer naar Londen. Van harte dank ik de heer Clement en zijn vrouw die zo uitermate vriendelijk zijn geweest voor mij.

bronnen
André Gysel, dokter Lievens – dagboek van een arts, Lannoo
foto komt uit http://the-lothians.blogspot.be/2014_08_01_archive.html

BelgianSoldiers_LondonStation1915

Belgische soldaten wachten in een Londens station alvorens verder te reizen

evacuatie van Gallipoli

Op het schiereiland Gallipoli komen de Britten geen centimeter verder dan hun drie bruggenhoofden : Anzac-inham, Baai van Suvla en Kaap Helles. Bevelhebber sir Ian Hamilton vraagt nog om een extra 95.000 mannen, lord Kitchener wilt niet verder gaan dan 25.000. Een gezamenlijke actie in heel Zuid-Europa, voorgesteld door Salonika-bevelhebber Sarrail, wordt afgewezen door de Franse generaal Joseph Joffre die zich wilt concentreren op het westelijke front. Ondertussen begint Hamilton zich steeds onmogelijker te gedragen : vooral de Autralische journalist Keith Murdoch maakt hier uitgebreid melding van. De druppel die de emmer doet overlopen, is de bewering van Hamilton dat bij een eventuele evacuatie het percentage slachtoffers 50% zou bedragen. Hamilton wordt afgelost door sir Charles Monro.

Monro gaat meteen op tournee en zijn advies is duidelijk : evacueren. Lord Kitchener, die nog steeds niet overtuigd is, komt nu zelf kijken en is het al snel alsnog met Monro eens. Vanaf 10 december 1915 begint men de 105.000 militairen en 300 kanonnen uit de Anzac-inham en de Baai van Suvla terug te trekken. De ontruiming van Kaap Helles (35.000 soldaten) wordt voltooid op 9 januari 1916.

Winston Churchill, de geestelijke vader van de hele operatie, noteert in zijn dagboek over Monro :”Hij kwam, hij zag en hij evacueerde.”. Het aantal slachtoffers dat uiteindelijk valt bij de diverse acties, is iets lager dan Hamilton had voorspeld, namelijk drie. Het is verreweg de succesvolste operatie uit de hele Gallipoli-campagne.

Bij de Gallipoli-campagne vallen alles bij elkaar 252.000 Britse slachtoffers (op een totaal van 480.000), waarvan 48.000 dodelijke. Bij de Turken is een vergelijkbaar aantal slachtoffers te betreuren.

bron : Roel Tanja, een korte geschiedenis van de eerste wereldoorlog, BBNC uitgevers

Gallipoli_December1915

Eerste fosgeengasaanval nabij Ieper

De datum van 19 december 1915 zal in de geschiedenis van de chemische oorlogvoering met rood aangestipt worden als de dag waarop voor het eerst fosgeen wordt gebruikt. Friedrich Haber had al in de begindagen aan het gebruik van fosgeen als wapen gedacht. Een dergelijke aanval voorbereiden vergt echter veel meer tijd dan een met chloorgas. De grote giftigheid van fosgeen dwingt de Duitse troepen eerst te beschikken over een degelijk gasmasker voor iedereen. Tegen het einde van 1915 staat het Duitse leger echter klaar. Opnieuw wordt de zone van Ieper uitgekozen en meer bepaald een sector tegenover de Britse troepen.

Het Duitse leger voert een tweevoudige aanval uit in het gebied tussen Mesen en Sint-Elooi. Om 5 uur in de ochtend openen Duitse manschappen de cilinders met chloorgas die opgesteld staan aan de frontlinie.

BelgischeSoldaat_BritseCagoule

Belgische soldaat met een Britse cagoule

Die eerste gasaanval was enigszins verwacht. De geallieerden wisten van gevangenen dat het een kwestie van tijd was van wachten op de juiste windrichting. De Britse troepen zijn dan ook voorbereid. Zodra het gas waargenomen wordt, gaat elk beschikbaar alarm af : claxons, klokken, sirenes… Meteen openen de Britten het vuur om een mogelijke Duitse aanval tegen te gaan.

Om 6u15 volgt een tweede, onverwachte en totaal verschillende gasaanval : de Duitsers schieten granaten af gevuld met fosgeen (carbonyl-dichloride). Gelukkig voor de Britten veegt een stevige wind het gas binnen een half uur weg, want hun gasmaskers waren niet voorzien op dergelijke concentraties fosgeen. Van de duizend door het gas bevangen militairen sterven er kort nadien ongeveer 120.

Uit rapporten blijkt dat de gebruikte gassen een vertraagde uitwerking hebben. Dat is ook het geval bij mannen die tijdens de aanval goed beschermd lijken te zijn. Maar acht tot veertien uur later blijkt de aantasting. Ze klagen over extreme vermoeidheid en die wordt snel erger wanneer ze enige lichamelijke inspanning moeten doen. Er sterven zelfs soldaten tijdens oefeningen, twaalf uur na de aanval.

bronnen
oorlogskalender 2014-2018, Davidsfonds
Luc Vandeweyer, Koning Albert en zijn soldaten, Manteau

Rum op de stranden van Gallipoli

Het Britse leger heeft beslist om haar soldaten terug te trekken uit Gallipoli. De Australisch-Nieuw-Zeelandse eenheid waartoe eerwaarde Walter Dexter behoort, vertrekt weldra van North Beach op Galipoli. Overtollig materiaal moet achterblijven, ook de kisten met rum. Walter Dexter kijkt toe hoe de kisten worden kapotgeslagen.

Al de rum is verspild. Dat is werkelijk de grootste zegen van allemaal. Het stinkt hier nu naar de rum en wanneer je langs de waterlijn loopt, zie je dat het water daar een rode tint vertoont. Toch gingen op sommige plaatsen manschappen op hun knieën liggen om de rum op te likken. Maar over het algemeen waren er niet veel dronken.

bron : oorlogskalender 2014-2018, Davidsfonds

Gallipoli_Rumcases_Dec1915

Belgische munitiefabriek ontploft

In Graville-Sainte-Honorine, niet ver van Le Havre, heeft op 14 december 1915 de begrafenis plaats van de Belgische doden die hier vielen bij de ontploffing van een Belgische munitiefabriek drie dagen geleden. Van deze achttien dode militairen zijn er ondertussen elders een aantal begraven. Indertijd werd een monument voor hen opgericht, maar het overleefde de tijd niet.

Bij de ontploffing, die vele tientallen kilometers ver te voelen en te horen was, vielen ruim honderd doden en meer dan duizend gewonden. In totaal ging zowat 300 ton munitie de lucht in. De oorzaak van de explosie werd nooit achterhaald.

bronnen
oorlogskalender 2014-2018, Davidsfonds
http://broqueville.be/?p=304

greveline1

de eerste piloot in Centraal-Afrika

AimeBehaegheVoor Aimé Behaeghe uit Kachtem is 12 december 1915 een belangrijke dag, omdat hij ter beschikking wordt gesteld van het ministerie van Koloniën. Nog belangrijker wellicht is deze dag voor het vervolg van de oorlog in Centraal-Afrika.

Aimé maakt nu deel uit van het smaldeel watervliegtuigen aan de oever van het Tanganyikameer. Hij heeft een belangrijke rol in het ter plekke monteren van de vliegtuigen, maar is ook testpiloot. Als piloot bombardeert hij samen met de boordwaarnemer de stoomboot Graf von Götzen. Dit vracht- en passagiersschip is een van de drie Duitse boten op het meer. Aangenomen wordt dat dit een cruciale fase is in de verovering van het Tanganyikameer op de Duitsers.

bron : oorlogskalender 2014-2018, Davidsfonds

meer informatie over deze Belgische piloot vind je terug op volgende websites

http://veertienachttien.be/nl/personen/behaeghe-aime
http://www.tillo.be/Tanganyika_2013.pdf
http://users.telenet.be/paulvancaesbroeck/pdf/ABehaeghe.pdf

 

Talbot House opent de deuren

Talbot House opent de deuren

TubbyClayton

Philip Clayton

“Mijn job bestaat erin vriendelijk te zijn tegen al wie komt”, zo schreef aalmoezenier Philip ‘Tubby’ Clayton een tiental dagen geleden. Op 11 december 1915 opent Talbot House in Poperinge en kan de aalmoezenier ten volle zijn rol als bezieler ervan opnemen. De aalmoezenier creëert een home from home (een thuis ver van huis) voor manschappen die tijdens hun verlof ook geestelijke rust willen.

Dit Britse soldatenhuis wordt een every man’s club, waar alle militairen welkom zijn zonder onderscheid van rang, in tegenstelling tot klassieke militaire clubs die gebaseerd zijn op het verschil in rang. Deze club wil ook een alternatief bieden voor het liederlijke ontspanningsleven in de stad.

GilbertTalbot.jpg

Gilbert Talbot

De naam verwijst naar Gilbert Talbot, de jongere broer van hoofdaalmoezenier Neville Talbot, die enkele maanden eerder sneuvelde.

Toeristische tip : Talbot House (Gasthuisstraat 43, Poperinge) voert je terug naar het authentieke kader van tijdens de eerste wereldoorlog. Net als toen kun je hier ook nu nog overnachten voor een of meerdere dagen.

 

bron : oorlogskalender 2014-2018, Davidsfonds

verbroedering bij verzopen loopgraven

Louis Barthas, de Franse korporaal, zit in de eerste linies nabij Agnez-lès-Duisans (Artois) als hij een zondvloed meemaakt. In zijn dagboek noteert hij het volgende.

Op een dag regende het zo overvloedig dat het water de schuilplaats binnenstroomde. Als een waterval gutste het over de treden van de twee trappen. Enkele mannen moesten zich opofferen om in die stortbuien een dam te bouwen die toch drie of vier keer door het water werd doorbroken. De rest van de nacht brachten we door met het gevecht tegen het water.

De volgende dag, 10 december 1915, moesten de soldaten op verschillende plaatsen uit de loopgraven komen om niet te verdrinken. De Duitsers waren gedwongen hetzelfde te doen. Toen kregen we een eigenaardig schouwspel te zien : twee vijandelijke legers, oog in oog met elkaar, die geen enkel schot losten.

Gemeenschappelijk leed smeedt de harten aaneen en doet de haat verdwijnen. Tussen onverschillige mensen en zelfs tegenstanders ontstaat sympathie. Degenen die dat ontkennen, hebben niets begrepen van de menselijke psychologie. Fransen en Duitsers bekeken elkaar en zagen dat ze allemaal gelijk waren. We lachten naar elkaar, begonnen met elkaar te praten, handen te schudden, tabak, koffie en wijn uit te wisselen. Hadden we maar dezelfde taal gesproken !

Op een dag klom een reus van een Duitser op een heuveltje en hield een toespraak waarvan alleen de Duitsers de woorden verstonden, maar wij wel degelijk de betekenis, want hij brak met een gebaar van woede zijn geweer op een boomstronk in tweeën. Van twee kanten brak applaus uit en de Internationale weerklonk.

bronnen 
Dirk Lambrechts, oorlogsdagboeken van Louis Barthas, uitgeverij Bas Lubberhuizen
de foto komt van http://loic-dessins.webnode.fr/la-grande-guerre/

loicdessins01