staatsgreep in Fiume

Fiume was voor de Groote Oorlog een havenstad in Oostenrijk-Hongarije. In de stad spreken de meeste inwoners Italiaans, in het platteland daarrond is het Kroatisch de voertaal. Na de oorlog hopen de Italianen deze stad in Dalmatië te kunnen annexeren. Gabriele d’Annunzio, officier in het Italiaanse leger, trekt met een aantal aanhangers op 12 september 1919 de stad binnen (lees meer in dit bericht). Hij hoopt hiermee de Italiaanse regering te kunnen overtuigen de stad officieel te annexeren maar de regering gaat hier niet op in. In 1920 roept d’Annunzio het regentschap Carnaro uit. In december van datzelfde jaar bombardeert de Italiaanse marine Fiume om d’Annunzio en zijn aanhangers uit de stad te verdrijven. Fiume in 1920 wordt vaak beschouwd als de eerste fascistische staat (lees meer in dit bericht).

Na het vertrek van d’Annunzio duidt de Nationale Raad van Fiume een voorlopige regering aan. In april 1921 volgen verkiezingen. Maar dit leidt niet tot politieke stabiliteit. Machthebbers en regeringen wisselen elkaar af tot de fascisten onder leiding van Giovanni Giurati op 3 maart 1922 een staatsgreep plegen en president Ricardo Zanella afzetten. . Op 6 maart vragen zij de Italiaanse regering de orde te herstellen. Italiaanse soldaten trekken de stad binnen op 17 maart. Het duurt dan nog tot 1924 voor Italië en het koninkrijk van Serviërs, Kroaten en Slovenen overeenkomen dat Fiume door Italië geannexeerd mag worden.

bronnen
https://en.wikipedia.org/wiki/Free_State_of_Fiume
https://en.wikipedia.org/wiki/March_1922

confiscatie van kerkelijke goederen

De confiscatie van kerkelijke goederen in Rusland is een decreet van de Sovjet-regering om alle kerkelijke waarden van de Russisch-orthodoxe Kerk te vorderen om de heersende hongersnood in het land te bestrijden. Dit decreet is op 23 februari 1922 aangenomen door het Centraal Uitvoerend Comité. De opbrengst is lager dan verwacht. In plaats van de verwachte ongeveer 800 miljoen gouden roebels, brengt de confiscatie bijna 34 miljoen gouden roebels op. In werkelijkheid wordt slechts een klein deel voor de bestrijding van de hongersnood gebruikt, het overgrote deel die de geroofde kerkelijke bezittingen opbrengen, wordt besteed aan propagandadoeleinden en aanzetting tot de wereldrevolutie.

Op 12 maart 1922 trekt in Sjoeja een grote menigte naar het centrale plein om de inbeslagneming van kerkelijke goederen van de Opstandingskathedraal te beletten. De bolsjewistische vertegenwoordigers dringen niet verder aan maar ondernemen enkele dagen later een tweede poging, ditmaal onder begeleiding van gewapende troepen. Als men de confiscatie opnieuw wil voorkomen, krijgen de troepen opdracht het vuur te openen op de gelovigen. Vier burgers worden gedood en tien raken gewond. De gebeurtenissen in Sjoeja leiden tot grote publieke verontwaardiging en overal in het land gaan menigten de straat op om hun kerken te verdedigen.

bron : https://nl.wikipedia.org/wiki/Confiscatie_van_kerkelijke_goederen_in_Rusland_in_1922

Onderstaande schilderij is van Ivan Vladimirov en toont de inbeslagname van kerkelijke goederen in Petrograd.