verdrag van Neuilly

Op 27 november 1919 ondertekenen de Bulgaarse minister-president Aleksandar Stambolijski en de geallieerden in het stadhuis van Neuilly-sur-Seine het derde vredesverdrag. Na Duitsland (verdrag van Versailles) en Oostenrijk (verdrag van Saint-Germain) is het nu de beurt aan Bulgarije om de eindafrekening te krijgen. Relatief gezien is dit verdrag harder dan het verdrag van Versailles. Bulgarije wordt gedwongen afstand te doen van 11.000 vierkante kilometer grondgebied, waaronder West-Thracië (overgedragen aan Griekenland) en vier grensgebieden met strategisch belangrijke steden Strumitsa, Caribrod en Bosilegrad (2500 vierkante kilometer overgedragen aan het nieuwe koninkrijk der Serviërs, Kroaten en Slovenen). Het verdrag legt Bulgarije ook 2250 miljoen goudfranken aan herstelbetalingen op, dat in de loop van zevenendertig jaar betaald moet worden. Daarnaast moet Bulgarije ook overdracht doen van grote hoeveelheden vee en spoorwegmaterieel aan Griekenland, Roemenië en het koninkrijk der Serviërs, Kroaten en Slovenen naast een jaarlijkse levering van 50.000 ton Bulgaarse steenkolen. In verhouding tot zijn omvang en bbp krijgt Bulgarije van alle centrale mogendheden het hoogste bedrag aan herstelbetalingen opgelegd. Ten slotte wordt de krijgsmacht ernstig gekortwiekt : het leger moet worden teruggebracht van 700.000 soldaten tot een politiemacht van slechts 20.000 man sterk.

In de ogen van de meeste Bulgaren symboliseert het verdrag van Neuilly het dieptepunt van hun nationale bestaan als onafhankelijke staat. En niet zonder reden. Nadat de nieuwe grenzen getrokken zijn, beschikt Bulgarije niet meer over vruchtbare landbouwgebieden (zoals de Dobroedzja en Thracië) en niet meer over een toegang tot de Egeïsche zee – wat een grote aderlating is aangezien hele sectoren van de Bulgaarse economie afhankelijk zijn van de zeehandel. Als gevolg van de nieuwe grenzen krijgt Bulgarije opnieuw te maken met massale vluchtelingenstromen uit Macedonië, Thracië en de Dobroedzja. De opvang van deze enorme groep vluchtelingen in een tijd van zware economische en sociale crisis zal de Bulgaarse staat in de komende jaren voor een loodzwaar probleem stellen.

bronnen :
https://nl.wikipedia.org/wiki/Voormalige_Bulgaarse_Zuidelijke_Gebieden
Robert Gerwarth, de verslagenen – waarom de eerste wereldoorlog nooit is opgehouden 1917-1923, Balans

Bevrijding van Jelgava

Tussen 15 en 21 november 1919 vecht het Letse leger om de stad Jelgava te bevrijden van het West-Russische leger, dat samenwerkt met de Duitse Weimarrepubliek. Daarnaast moeten ze ook vechten tegen de Ijzeren Divisie onder leiding van Joseph Bishof.

Op 14 november 1919 lanceren de Letten een aanval op eenheden van het West-Russische leger langs de linkeroever van de Lielupe en verdrijven de Russen uit Melluzi en Asari . Ook soldaten van de Ijzeren divisie worden gedwongen hun posities bij de Misa rivier te verlaten. Op 15 november rukken de Letten op richting Jelgava.

Op 17 november 1919 arriveert generaal Walter von Eberhardt in Jelgava om het bevel te voeren over het West-Russische leger in plaats van BermontAvalov.  De Duitsers zijn van plan om de aanval van het Letse leger op Jelgava af te weren tot ze versterkingen krijgen waardoor ze betere voorwaarden hopen af te dwingen voor de staakt-het- vurenonderhandelingen . Ze maken zich op voor een tegenaanval, maar een guerillaregiment onder bevel van kapitein Aparniek valt hen in de rug aan.

Op de ochtend van 18 november 1919 vallen de Letten vanuit Valgunde over de bevroren Lielupe bij Mislava een Russische troep aan onder bevel van Kupchinsky. Daarop beveelt de commandant van de IJzeren divisie om de reserveposities in Ozolnieki te verlaten en vanuit Jelgava een tegenaanval te doen. Die tegenaanval wordt begeleid door een pantsertrein en vliegtuigen en brengt de Duitsers over de rivier Iecava. Tegen de middag kunnen de Letten het front stabiliseren en de vijandelijke aanval stoppen.

Op de avond van 18 november zendt generaal Eberhardt het volgende telegram naar de opperbevelhebber van de Letse strijdkrachten , Janis Balodis , op de radio: “Het westerse leger van Rusland is gepasseerd onder Duitse bescherming.  Ik heb haar commando overgenomen.  Geef me alstublieft de toestemming via de radio in de nacht van 19 op 20 om een staakt-het-vuren te beginnen.”. De leiding van het leger, met instemming van de premier van de Republiek Letland Kārlis Ulmanis, laat deze telegram onbeantwoord omdat zij geloven dat Jelgava sneller met wapens zal worden bevrijd dan met onderhandelingen.

In de nacht van 21 november 1919 lanceert het Letse Leger een operatie tegen de Ijzeren divisie en het Freikorps Roßbach, die een verdedigingslinie langs de Iecava-rivier hebben opgezet.

Na een hevig gevecht rond het middaguur steken de Letten de Iecava over. Er volgen nog hevige gevechten met de Duitsers rond het station van Jelgava. Uiteindelijk besluit de Ijzeren divisie Jelgava op te geven. In de dagen die volgen, zijn er nog kleine botsingen tussen de voorhoede van het aanvallende Letse leger en de vijandelijke achterhoede. 

Bron met dank aan Google translate
https://lv.m.wikipedia.org/wiki/Jelgavas_atbrīvošana_(1919)

Tot mijn spijt zijn er zeer weinig foto’s te vinden over deze periode van Jelgava. Ik beperk me daarom tot een foto die Letse soldaten toont in de loopgraven rond Riga.

het kanteljaar van Mussolini

1919 wordt het jaar waarin Mussolini zich een weg zoekt in de nieuwe politieke wereld van het naoorlogse Italië. Voor de uitbraak van de oorlog was Benito Mussolini een overtuigd socialist, naar het voorbeeld van zijn vader Alessandro, die militant was in de Italiaanse tak van de Eerste Internationale. En dus volgt Benito in 1914 nog de houding van de socialisten die willen dat Italië zich afzijdig houdt in de oorlog.

Maar links raakt verdeeld en er verschijnt in oktober 1914 al een links groepering die voorstander is van een interventie van Italië in de oorlog. Deze interventionisten lanceren een manifest op 7 oktober 1914. Mussolini schaart zich achter deze ideeën en neemt zijn ontslag in de socialistische partij. Hij start zijn eigen dagblad onder de titel Il Popolo d’Italia.

Na de oorlog zoekt Mussolini zijn plaats in de Italiaanse politiek. Hij verwijt de socialisten een dubbelzinnige en defaitistische houding, wat volgens hem geleid heeft tot de grote nederlaag bij Caporetto. Op 23 maart 1919 sticht hij in Milaan zijn Fasci di Combattimento. In het programma van deze beweging zijn nog heel wat linkse elementen terug te vinden en Mussolini probeert de leider te worden van de linkerzijde in de Italiaanse politiek. Deze rivaliteit met andere linkse partijen leidt tot de brandstichting van de kantoren van het linkse blad Avanti in april 1919, tijdens gevechten op de via dei mercanti. Daarnaast zijn er ook nationalistische punten en Mussolini bezoekt in oktober 1919 D’Annunzio die met een aantal aanhangers gewapenderhand de stad Fiume bezet om zo de annexatie door Italië af te dwingen.

In november 1919 presenteert Mussolini een fascistische lijst die deelneemt aan de verkiezingen van 16 november. Zijn lijst behaalt slechts 4.795 stemmen tegenover 170.000 voor de socialisten en 74.000 voor de katholieken. Terwijl de socialisten hun overwinning vieren, gooien 2 fascisten op 17 november granaten naar de vierende massa waar er 9 gewonden vallen. Mussolini wordt gearresteerd en na 48 uur weer vrijgelaten. In december volgt er terug een gewelddadige confrontatie tussen socialisten en fascisten in de straten van Rome. 1919 wordt gezien als een kanteljaar voor de fascisten die eerst aan de linkerzijde proberen hun leiderschap te veroveren. Als dat niet lukt, kijken ze naar de Italiaanse politieke rechterzijde.

bronnen
https://passapalavra.info/2014/04/92912/
https://fr.wikipedia.org/wiki/Benito_Mussolini#1918_et_1919_:échec_des_alliances_et_du_positionnementà_gauche

witte terreur in Boedapest

Terwijl in het West-Europa de vrede is teruggekeerd, heerst er nog steeds oorlog in Oost-Europa. Nieuwe staten bekampen mekaar om de restanten van de oude staten in te palmen. Daarnaast is er ook een nieuwe ideologie, het bolsjewisme, dat om ruimte vecht.

In Hongarije is een communistische regering van Bela Kun omvergeworpen door het Roemeense leger dat Boedapest heeft veroverd in augustus 1919. Onder druk van de Entente, vooral dan Frankrijk, ontruimen de Roemenen na enkele maanden bezetting de Hongaarse hoofdstad. Op 16 november 1919 rijdt Miklos Horthy, voormalig admiraal uit het Oostenrijks-Hongaarse leger, gezeten op een witte schimmel, aan het hoofd van zijn volksleger triomfantelijk Boedapest binnen.

Na de parade raast een witte vloedgolf over de hoofdstad. Iedere persoon die verdacht wordt van linkse sympathieën, wordt opgepakt en in de gevangenis geworpen. Anderen worden zonder vorm van proces geëxecuteerd. Slachtoffers zijn vooral joden, linkse intellectuelen, de zogenaamde Leninjongens die onder Kun de rode terreur deden gelden, en wie verdacht wordt van collaboratie met de Roemenen. Het aantal dodelijke slachtoffers van de witte terreur wordt op vijfduizend geschat, en 75.000 mannen en vrouwen verdwijnen voor korte of langere periodes in de gevangenissen. Nog eens 100.000 mensen, vooral intellectuelen, communisten, socialisten en joden, vluchten het land uit en zoeken vooral in Wenen en Praag een nieuwe toekomst. De witte terreur maakt meer slachtoffers dan de rode, die hij moet vergelden. De communisten hadden ‘slechts’ zeshonderd doden op hun geweten.

bronnen
https://nl.wikipedia.org/wiki/Hongaarse_Republiek_(1919-1920)
https://doorbraak.be/hongarije-of-de-totale-vernedering-1918-1921/

België kiest een nieuw parlement

Op 16 november 1919 trekken de Belgen voor de eerste keer terug naar de stembureau’s sinds het einde van de Groote Oorlog. Het zijn tevens de eerste verkiezingen die verlopen onder algemeen enkelvoudig stemrecht voor mannen. De vrouwen hebben nog geen stemrecht al kent men de weduwen van gesneuvelde soldaten wel het voorrecht toe om ook te gaan stemmen. Dit stemrecht is vlak na de wapenstilstand op 15 november 1918 afgesproken tussen de koning en enkele parlementairen op het kasteel van Loppem. Daarmee wil men voorkomen dat een antwoord op de legitieme vraag naar een betere politieke vertegenwoordiging te lang op zich laat wachten en sommigen dan maar het voorbeeld van de Russische revolutie van 1917 zouden verkiezen. Meer informatie over die afspraak is te lezen in dit artikel.

Na de verkiezingen is de absolute meerderheid van de katholieken gebroken. De katholieke en socialistische blokken zijn bijna even groot : 73 tegenover 70 zetels. De katholieken zijn echter verdeeld: de Vlaams- en democratisch-gezinde katholieken vormen een aparte fractie in de Kamer. De liberalen zitten met 34 zetels op de wip tussen de twee grote partijen. De Frontpartij en Daensisten behalen 5 zetels. In de senaat zijn de fiscale voorwaarden om verkozen te worden nog niet aangepast. Daardoor behouden de katholieken daar hun absolute meerderheid. Na de verkiezingen wordt een regering van nationale eenheid Delacroix II gevormd. De katholieken krijgen 5 ministers toegewezen, de socialisten 4 ministers en de liberalen krijgen 3 ministers. De regering zal echter al ontslag nemen op 20 november 1920 na een onenigheid over het leveren van munitie aan Polen dat door het Rode leger bedreigd wordt.

bronnen
https://nl.wikipedia.org/wiki/Belgische_verkiezingen_1919
https://nl.wikipedia.org/wiki/Regering-Delacroix_II

de eerste minuut stilte

Op 11 november 1919 is het een jaar geleden dat de wapenstilstand een feit werd. Voor de allereerste keer gedenken de overwinnaars hun gevallen soldaten. Bij de Fransen wordt voor de eerste keer een minuut stilte gehouden ter nagedachtenis van de gesneuvelden. Sindsdien is die minuut stilte een traditie geworden.

Maar de oorlog is daarmee niet achter de rug. In het westen duurt de demobilisatie van de soldaten nog tot 1921. Maar het wapengekletter is er wel al gedaan. Dat is helemaal anders in het oosten van Europa en in het oude Ottomaanse rijk. Daar starten nieuwe conflicten die nog tot 1923 zullen duren. Een voorbeeld is Polen : het verdrag van Versailles regelt de westelijke grens van Polen met Duitsland. Maar het verdrag zegt niets over de oostelijke grens van Polen. En dus voeren de Polen oorlog met Oekraïne, Litouwen, Sovjet-Rusland.

De Grieks-Turkse oorlog (1919-1922) wordt gekenmerkt door wreedheden tegenover de burgerbevolking en eindigt tenslotte in een afgesproken volksverhuizing langs beide kanten om tot een homogene bevolking te komen. Een gelijkaardige oorlogsvoering zie je terug in Oekraïne waar men door middel van pogroms mensen met een andere achtergrond wil verjagen. Deze pogroms zijn de voorbode van wat later de genocide genoemd zal worden.

bronnen
https://www.francetvinfo.fr/replay-radio/l-ephemeride/11-novembre-1919-premiere-minute-de-silence_1768507.html

https://www.la-croix.com/Culture/11-novembre-1918-lente-sortie-guerre-2018-10-02-1200973074