Op 24 juli 1919 ontvangt Luik de président van de Franse republiek Raymond Poincaré. Die komt de vurige stede een ereteken overhandigen, namelijk het teken van de Ridder van de erelegioen (“la Croix de Chevalier de la Légion d’honneur”). De president had Luik dat ereteken al toegekend op 7 augustus 1914, nauwelijks drie dagen na de Duitse inval in België. Deze beloning is toegekend aan Luik voor het verzet van de stad en zijn twaalf forten. Dit verzet had inderdaad de geallieerden de nodige tijd gegeven om zich te organiseren en de Duitse inval tegen te gaan.
In Rusland woedt de burgeroorlog nog in alle hevigheid in juli 1919. Luitenant-generaal Anton Denikin vaardigt Richtlijn nr 08878 uit (ook bekend als de Moskou richtlijn) op 3 juli 1919 in Tsaritsyn. De richtlijn legt Moskou vast als operationeel en tactisch doel van de Witte legers. Als ze de hoofdstad van de Sovjetrepubliek veroveren, hopen ze daarmee ook deze Sovjetrepubliek op de knieën te krijgen.
In het begin van juli 1919 staan de Witte legers er goed voor aan het zuidelijk front. Hier zijn er heel wat opstanden gaande tegen de Rode terreur. Een gevolg daarvan is dat het Rode leger in de achterhoede enkel de steden en wat grotere gebieden controleert. De rest valt onder controle van opstandelingen die de Witte legers gunstig genegen zijn.
De Witte legers rukken op naar het noorden richting Moskou maar krijgen vanaf half juli te maken met Rode tegenaanvallen. Die volstaan om de Witte opmars naar Moskou te stoppen. In het westen en het zuidwesten hebben de Witten wel nog succes. Ze veroveren Poltava op 31 juli en ze brengen de Rode legers een nederlaag toe in Tavria en het westen van Yekaterinoslav. Eind juli zijn de witten al opgerukt tot de lijn Verkhnodniprovsk – Nikopol – Dnjepr rivier.
In het oosten neemt het Kaukasische leger van generaal Wrangel Kamyshin in op 28 juli 1919 en rukt verder naar het noorden op. Een divisie kozakken steekt de Wolga over en legt een groot bruggenhoofd in de regio van Tsaritsyn. Het leger aan de Don daarentegen moet zich verdedigen tegen Rode tegenoffensieven en verliest Liski en Balashov.
Het ganse offensief zal nog duren tot begin oktober 1919. Daarna nemen de Rode legers definitief de overhand.