De laatste jaren van Lenin zijn niet bepaald vrij van zorgen. Op 25 mei 1922 wordt Lenin getroffen door een beroerte, waardoor de rechterkant van zijn lichaam bijna geheel verlamd raakt. Bij een latere beroerte wordt Lenin van zijn spraakvermogen beroofd. Door die gezondheidsproblemen ziet Lenin zijn einde onder ogen. In december 1922 en januari 1923 dicteert hij zijn politiek testament, waarin hij de persoonlijke kwaliteiten van zijn kameraden bespreekt, in het bijzonder Trotski en Stalin. Hij adviseert Stalin te verwijderen uit de functie van secretaris-generaal van de Communistische Partij, omdat hij hem niet geschikt acht voor de functie. In plaats daarvan beveelt hij Trotski aan voor de baan en beschrijft hem als “de meest capabele man in het huidige Centraal Comité”. Hij benadrukt Trotski’s superieure intellect, maar bekritiseert tegelijkertijd zijn zelfverzekerdheid en neiging tot buitensporig bestuur.
Op 21 januari 1924 overlijdt Lenin in Gorki, een dorpje op 35 km ten zuiden van Moskou. Op 23 januari wordt de kist met het lichaam van Lenin per trein van Gorki naar Moskou vervoerd en tentoongesteld in de Kolommenzaal in het Huis van de Vakbonden, en blijft daar drie dagen. Op 27 januari wordt het lichaam van Lenin afgeleverd op het Rode Plein, begeleid door krijgsmuziek. Hoewel zijn weduwe Kroepskaja het er niet mee eens is, wordt zijn gebalsemde lichaam permanent tentoongesteld in een mausoleum op het Rode Plein in Moskou.
Onderstaande schilderij van de begrafenis van Lenin is van Isaak Brodsky.
bron : https://en.wikipedia.org/wiki/Vladimir_Lenin#Declining_health_and_conflict_with_Stalin:_1920–1923