de zwarte dag van het Duitse leger

Bij Amiens beginnen de geallieerden op 8 augustus 1918 aan de uitstekend voorbereide slag om Amiens die drie dagen zal duren. Een voorbeeld illustreert de prima organisatie : in de mistige ochtenduren vliegen geallieerde vliegtuigen boven het slagveld opdat de tegenstrever de oprukkende tanks niet zou horen.

Tijdens de voorbereiding van de aanval nemen de geallieerden maximale veiligheidsmaatregelen om et verrassingseffect van de aanval optimaal uit te spelen. De aanval begint om 4u20 en tegen dat de mist optrekt, zijn de geallieerden al voorbij de eerste Duitse stellingen en vallen ze die via de achterkant aan. Op dat ogenblik nemen ook verse manschappen de aanval over. Tegen het einde van de dag hebben de geallieerden 25 kilometer Duitse stellingen in hun bezit en vele duizenden krijgsgevangen genomen.

De Duitse generaal Erich Ludendorff verklaart later :”Dit was de zwarte dag van het Duitse leger in deze oorlog.”.

Bron : oorlogskalender 2014-2018, Davidsfonds

DuitseSoldaten_19180808

Mephisto in geallieerde handen

Mephisto is  een Duitse tank van het type A7V. In april 1918 geraakt deze tank tijdens een Duitse aanval op Villers-Bretonneux vast in een granaattrechter waarna de bemanning noodgedwongen de tank verlaat.

In de nacht van 22 op 23 juli 1918 gaan Australische soldaten en 2 Britse tanks onder dekking van de artillerie de Mephisto wegslepen als een trofee. Dit wegslepen is niet zonder gevaar want de Duitsers vuren gasgranaten af tijdens de berging.

Mephisto is nu de enige overgebleven A7V tank en wordt tentoongesteld in Brisbane (Australië).

bronnen
https://en.wikipedia.org/wiki/Mephisto_(tank)

https://deanoworldtravels.wordpress.com/2016/02/05/mephisto-the-last-german-a7v-sturmpanzerwagen/

Mephisto_Juli1918

de allereerste tankslag

Aangenomen wordt dat op 24 april 1918, in de omgeving van Villers-Bretonneux, de eerste strijd doorgaat waarbij beide tegenstrevers tanks inzetten. De Britten begonnen als eersten vanaf de herfst van 1916 sporadisch tanks in te zetten. het lijkt alsof de Duitsers aanvankelijk meer zagen in antitankwapens dan in de ontwikkeling van een eigen tank, maar vandaag verschijnt die dan toch op het slagveld.

Vroeg in de ochtend ontmoeten drie Britse en drie Duitse tanks elkaar. Het is uiteindelijk de derde Britse tank die dicht genoeg komt om de Duitse onder vuur te nemen, want die hadden vooral oog voor de manoeuvres van de twee andere Britse tuigen. De eerste tankslag eindigt dus in het voordeel van de Britten.

bron : oorlogskalender 2014-2018, Davidsfonds

A7V_Tank_Villers-Bretonneux_1918

Britten trekken terug nabij Cambrai

Hoewel veldmaarschalk sir Douglas Haig, bevelhebber van de British Expeditionary Force, in allerijl versterkingen heeft gestuurd naar Cambrai zodat de Duitse tegenaanval de linie van generaal sir Julian Byngs 3e leger niet kunnen doorbreken, besluit hij op 3 december 1917 zijn troepen terug te trekken naar de posities die ze innamen voor het gevecht begon op 20 november.

Haigs bevel beëindigt het gevecht op de 5e december. Aan Britse en Duitse zijde zijn ongeveer evenveel slachtoffers gevallen : zo’n 40.000 soldaten. De Britten hebben 11.000 soldaten gevangen genomen. de Duitsers 9.000. Cambrai zet echter twee belangrijke zaken in de verf. Ten eerste hoeven offensieven niet voorafgegaan te worden door langdurige artilleriebombardementen om succesvol te zijn. Ten tweede kan de massale inzet van tanks  een grote doorbraak forceren, ondanks hun technische onbetrouwbaarheid en kwetsbaarheid voor vijandelijk vuur. Beide partijen nemen deze les ter harte voor het offensief dat ze plannen voor 1918.

bron : Ian Westwell, 1914 – 1918 – de eerste wereldoorlog dag na dag, deltas

Cambrai_191712

allereerste tankslag van de Groote Oorlog

Het Britse 3e leger onder generaal sir Julian Byng begint de slag om Cambrai. De belangrijkste strijd in deze door tanks geleide aanval wordt geleverd in het gebied van de Hindenburgstellung verdedigd door het Duitse 2e leger van generaal Georg von der Marwitz. Het is Byngs plan om door de Duitse defensies tussen de Schelde en het Canal du Nord te breken. De cavaleristen moeten snel oprukken naar Cambrai, terwijl de infanterie en tanks de heuvelrug van Bourlon veroveren voor ze in noordoostelijke richting naar Valenciennes trekken.

Het offensief begint met een kort bombardement van de Hindenburglinie door duizend artilleriewapens. De hoofdaanval wordt gevoerd door 476 tanks. Dit is de eerste maal dat deze wapens zo massaal worden ingezet. Ze voeren zes van Byngs negentien divisies aan in een grote opmars over 8 km front. In het begin blijken de aanvallen verbazingwekkend succesvol : de Hindenburglinie wordt 9 à 12 km in de diepte doorbroken, behalve bij Flesquières. Hier maakt de koppige Duitse verdediging een aantal tanks onklaar en wordt de opmars verijdeld door een slechte coördinatie tussen de Britse infanterie en tanks.

Ondanks het succes tijdens de eerste dagen krijgen de Britten het steeds moeilijker er vaart in te houden. Veel tanks lijden onder mechanische defecten, raken vast in sloten of worden vernietigd door Duitse artillerie. Het gevecht concentreert zich in deze fase voornamelijk rond de heuvelrug van Bourlon, ten westen van Cambrai en duurt tot in december wanneer de Duitsers een reeks succesvolle tegenaanvallen lanceren.

bron : Ian Westwell, 1914-1918, de eerste wereldoorlog dag na dag, Deltas.

Soldiers follow a British Mark IV tank

tanks voor Cambrai

Arthur Conan Doyle, de geestelijke vader van Sherlock Holmes, is aanwezig bij de Britse aanval op 19 november 1917 in de buurt van Cambrai, waarbij ook massaal tanks worden ingezet. Hij rapporteert : 

De troepen worden heimelijk aangevoerd tijdens de nacht en de tanks die uit allerlei richtingen kwamen gekropen, waren zorgvuldig gecamoufleerd. De Franse troepen waren op de hoogte gesteld van de aanval en hadden voorzieningen getroffen om, indien er een bres geslagen  werd in de Hindenburglinie, met enkele divisies daarvan gebruik te maken. 

Er waren ongeveer vierhonderd tanks en ze stonden onder het aparte bevel van generaal Ellis, een zwierige soldaat, die zijn commando met veel enthousiasme kon inspireren. De ontwerpers van de tanks hadden altijd al beweerd dat hun bijzondere wapens maagdelijke grond nodig hadden om goed te functioneren, geen moeras of een wildernis van granaattrechters. 

De eerste rij tanks was uitgerust met enorme takkenbossen die ze meevoerden om te laten vallen in grachten of loopgraven zodat ze een rudimentaire brug vormden voor de tank. 

Bron : oorlogskalender 2014-2018, Davidsfonds   

Onderstaande tekening komt uit de graphic novel de laatste Braedy van Ivan Petrus Adriaenssens

Cambrai_19171119

de tank van Poelkapelle

Wie googelt op “Poelkapelle 1917”, kan er niet naast kijken. Bij de zware gevechten tijdens de derde slag om Ieper (1917), speelden Britse tanks een grote rol. Eén tank bleef in de modder steken, en werd een bezienswaardigheid na de Groote Oorlog. In 1941 werd de Britse tank door de Duitse bezetter opgeruimd.

Enkele enthousiastelingen wilden echter dat Poelkapelle haar tank zou terugkrijgen. Eén van die enthousiaste mensen was zo vriendelijk me de link naar een opname door te sturen. Wie de rijdende tank van Poelkapelle in 2017 wil zien, kan op deze link terecht.

Meer informatie over de tank van Poelkapelle is hier te lezen : http://poelcapelle14-18.be/hettankproject

Voor alle duidelijkheid : de rijdende tank is gebouwd op ware schaal en dus een pak groter dan het model dat ze in Poelkapelle hebben geplaatst om de gesneuvelden van het Britse tankcorps te eren.

De foto komt van http://thebignote.com/2014/10/04/ypres-salient-tank-memorial/

Poelkapelle1917_03

 

 

 

Na de Franse tankaanval

In het vorige blogbericht over Herbert Sulzbach lijkt het misschien of hij een rustig leventje leidde van trein naar verlof naar trein terug… Dat is allerminst het geval. Herbert Sulzbach is wel degelijk geruime tijd in de eerste frontlinies aanwezig.

2 juli 1917 : Ik bereik mijn nieuwe frontlinies. We zijn gelegerd links van de fel bevochten Winterberg, ongeveer 25 kilometers van Laon, en ten zuidoosten van ons ligt Reims. Of beter gezegd, onze positie lugt tussen Craonne en Barry-au-Bac. Aan het front is het bar en leeg en relatief rustig. (…) ALs ik neem ik foto’s met mijn draagbare camera. Je zou kunnen zeggen dat ik de regimentsfotograaf geworden ben.

Ik wandel naar de eerste linies en kom voorbij heel wat Franse tanks die uitgeschakeld zijn tijdens de laatste aanval. Er zijn er 20 in onze sector, en drie ervan liggen in onze linies. Één kanonnier van onze batterij die hier voor ons lag, heeft er 6 uitgeschakeld op zijn eentje. 24 uur later kreeg hij het Ijzeren Kruis eerste klasse. De dag erna werd hij tijdens gevechten gedood.

Ik zie nu voor de eerste keer deze ijzeren monsters en ik begrijp het gruwelijk effect op het moraal van de soldaten tijdens de gevechten. Onze infanterielinies liggen voor de ruïnes van Juvincourt.

Bron : Herbert Sulzbach, with the German Guns, Pen & Sword Military

CharSaintChamond02

 

Louis Barthas ziet zijn eerste tank

Louis Barthas zit eind november 1916 ergens aan de frontlinies van de Somme. Daar ziet hij voor de eerste keer een Engelse tank.

Niet ver van de loopgraaf zag ik een tank die midden in een veld was vastgeraakt. Een zware granaat had zonder te ontploffen de tank doorboord. Luitenant Lorius vertelde me dat deze Britse tank had deelgenomen aan de inname van Combles. Zo’n toestel hadden we nog nooit gezien. Het kreeg na dood en verderf bij de moffen te hebben gezaaid op de terugzeg motorpech, midden tussen de vijandelijke linies. Tevergeefs probeerden de Britten hun kameraden die opgesloten waren in de tank te bevrijden. Liever dan zich over te geven en het geheim van dit toestel prijs te geven, staken ze hun benzine in brand. Je zag de vlammen en rook door de schietgaten naar buiten spuiten en tegelijkertijd rook je de stank van gegrild vlees. Toen Combles was ingenomen werden er vier verkoolde lijken uitgehaald.

Helden ? Martelaars ? Of gekken ? Misschien waren ze gewoon het slachtoffer van een ongeval, van een ontploffing van de motor bijvoorbeeld ? Als ze vrijwillige slachtoffers waren, was het wel heel naïef te denken dat hun dood de Duitsers zou beletten op hun beurt tanks te bouwen.

bron : Louis Barthas, oorlogsdagboeken 1914-1918, uit het Frans vertaald door Dirk Lambrechts, uitgeverij Bas Lubberhuizen

british-mark-iv-3

de eerste inzet van tanks

In de buurt van de dorpen Courcelettes en Flers nemen op 15 september 1916 voor de allereerste maal tanks deel aan een veldslag. Tijdens de slag aan de Somme sturen de Britten 32 tanks van het type Mark I naar de Duitse linies. Enkele daarvan breken door de Duitse versterkingen maar de meerderheid heeft af te rekenen met pech. Mocht de opperbevelhebber iets geduldiger geweest zijn, en gewacht hebben tot de tanks hun mechanische kinderziektes ontgroeid waren, dan had de tankaanval wellicht grotere winst opgeleverd.

Alhoewel het in stelling brengen van tanks geen allesoverheersend succes is, lijken de Britten toch tevreden met de resultaten. In ieder geval zullen in de toekomst steeds vaker tanks ingezet worden, tot ze uiteindelijk niet meer weg te denken zijn.

bron : oorlogskalender 2014-2018, Davidsfonds
battle_flers_courciette