Von Bissing wordt gouverneur-generaal van België

MoritzVonBIssingMoritz von Bissing heeft er al een behoorlijke militaire carrière op zitten wanneer hij op 27 november 1914 zijn benoeming krijgt tot gouverneur-generaal van België. Hij beschikt in die functie over uitgebreide bevoegdheden en is alleen verantwoording verschuldigd aan de Duitse keizer. Hij is rotsvast overtuigd van een Duitse overwinning en richt zich dan ook volledig op een duurzame Duitse heerschappij over België.

Von Bissing wil ook de Vlamingen op zijn hand krijgen en zijn Flamenpolitik zal leiden tot de vernederlandsing van de universiteit van Gent. In 1917 overlijdt von Bissing.

Het gouvernement-generaal omvat niet het ganse bezette deel van België. Tussen het front (operatiegebied) is er nog een zogenaamde etappengebied waar de rechten van burgers al een pak minder waren dan in het gouvernement-generaal. De keizerlijke marine had daarnaast nog een marinegebied. De rest van het bezette België viel onder von Bissing.

bronnen :

Oorlogskalender 2014-2018 , Davidsfonds

http://nl.wikipedia.org/wiki/Moritz_von_Bissing

http://buck.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/458/406/RUG01-001458406_2011_0001_AC.pdf

IndelingBezetBelgie

Odon ontmoet zijn neef Cyriel tijdens de repos in Alveringem

Odon Van Pevenaege schrijft in zijn dagboek over de laatste dagen van november het volgende :

Na twee dagen zonder enige actie, gingen we de Fransen aflossen. Zij lagen juist voor Diksmuide. Het was het 93e Régiment Territorial dat mijn bataljon moest vervangen. Ze maakten de rechterkant van de sector uit. Er werd ons gezegd dat we 2 dagen tranchée en dan 4 dagen repos zouden hebben. Zo ging het ook. Na 2 dagen werden we afgelost door de karabiniers. Aangezien er 3 regimenten in een divisie zijn, hadden we 2 dagen tranchée en 4 dagen repos. Maar de mannen vroegen om 3 dagen tranchée en 6 dagen repos te doen. Onze generaal stemde daarmee in. Zo moesten we minder over en weer lopen. Mijn werk in de tranchée was erg gemakkelijk. Ik was délégué bij mijn pelotonchef. Die 2 dagen waren snel voorbij en we waren weinig gebombardeerd geweest.

Tijdens onze 4 dagen repos in Alveringem kregen we versterking van enkele oude soldaten die uit de forten van Antwerpen overgekomen waren naar Frankrijk. Bij die mannen bevond zich mijn neef Cyriel Van Pevenaege, maar omdat we elkaar al lang niet meer gezien hadden, herkende ik hem niet. Maar hij herkende mij wel. Zo waren die 4 dagen snel voorbij.

Cyriel Van Pevenaege (links op de foto)

Cyriel Van Pevenaege (links op de foto)

Cyriel Van Pevenaege was de neef van Odon. Tijdens hun jeugd hebben ze elkaar veel gezien, maar tijdens hun jeugdjaren minder. Zo komt het dat Odon Cyriel niet had herkend, maar andersom dus wel. Cyriel overleefde de oorlog, en het was hij die in 1918 het dagboek, de foto’s, de paternoster en het naamplaatje van Odon mee naar huis bracht.

bron : Odon, oorlogsdagboek van een Ijzerfrontsoldaat, door Ivan Adriaenssens, uitgeverij Lannoo.

De Serviërs trekken zich terug naar Belgrado

Op 19 november 1914 moeten de Serviërs Valjevo prijsgeven aan de Oostenrijkers. Ze trekken zich verder terug naar Belgrado. Einde november 1914 zijn de Oostenrijkers ervan overtuigd dat de weerstand van de Serviërs gebroken is. Maar het Servische leger is bijzonder taai. Begin december zullen ze nog terugslaan en het verloren grondgebied heroveren. Zo ver is het 100 jaar geleden nog niet : dan denkt het Oostenrijks-Hongaars leger de eindzege in Servië binnen handbereik te hebben. Voor het einde van het jaar zal de slag bij de Kolubararivier echter een einde maken aan die hoop.

Oostenrijkse soldaten nemen Servische kanonnen in beslag

Oostenrijkse soldaten nemen Servische kanonnen in beslag

Raoul Snoeck ziet de eerste sneeuw

Raoul Snoeck noteert het volgende in zijn dagboek.

20 november 1914 : De Ijzervallei is nog verder onder water gezet ten zuiden van Diksmuide. De Duitsers hebben zich volledig teruggetrokken op de rechteroever. Na een maand van onophoudelijke inspanningen zijn hun doorbraakpogingen volledig verijdeld. Het is barslecht weer. De sneeuw valt met grote vlokken.

22 november 1914 : Het vriest min vier tot min zeven. De kou hindert de krijgsverrichtingen. De Duitsers bestoken Ieper. Wat zal er overblijven van de architecturale schoonheid van ons land ?

24 november 1914 : Het houdt op met vriezen en herbegint met regenen. Velden en weiden worden ongeschikt voor militaire operaties. De situatie aan de Ijzer blijft onveranderd. Naar verluidt bombardeert de Engelse vloot furieus Zeebrugge om er de werven te vernietingen waar de Duitsers hun onderzeeërs klaarmaken.

Raoul Snoeck staat in het midden.

Raoul Snoeck staat in het midden.

bron : Raoul Snoeck, in de modderbrij van de Ijzervallei, vertaald uit het Frans door André Gysel, Snoeck-Ducaju

Odon gaat na zijn rustperiode terug naar de eerste linie

Odon Van Pevenaege noteert op 15 november 1914 een aantal gebeurtenissen die duidelijk over een aantal dagen gespreid zijn. (bron : “Odon – oorlogsdagboek van een Ijzerfrontsoldaat”, Ivan Adriaenssens, uitgeverij Lannoo)

Na die twee weken (rust) keerden we terug naar Fortem. Hier verbleef onze compagnie vlak bij de kerk van Oeren. De hele nacht regende het zonder ophouden. ’s Anderendaags gingen we verder in de richting van Lampernisse. We werden ernaartoe geleid langs kleine binnenwegen. Toen we in deze parochie arriveerden, kregen we repos in een stuk bietenveld, tot verdere orders zouden volgen. Het weer was niet goed en er dreigde voortdurend regen. Rond 16u kwam dan het bevel om voorwaarts te gaan. We gingen weer in de richting van Oostkerke. Achter het dorpsplein gekomen volgden we de spoorweg naar Diksmuide. Zo gingen we tot aan het gehucht Oude Bareel, baan Diksmuide-Oudekapelle en Diksmuide-Pervijze, dat wil zeggen de Drijstraat. Hier gekomen nam mijn bataljon de weg van Oudekapelle en na enkele honderden meters draaidenb we het veld in, richting Diksmuide. Het was een aardeweg, die ons door het vlakke land leidde. Het was er zo vuil dat er veel makkers hun schoenen verloren. Ik moest mijn geweer gebruiken als wandelstok. Desondanks viel ik in een gracht vol water. Het weer was ook al niet goed. Men zei dat we hier maar tweehonderd meter van de eerste linie waren en dat we ons tijdens de dag moesten schuilhouden. Als de vijand ons zag, zouden ze beginnen bombarderen. (…)
Na te hebben gegeten deed ik mijn natte schoenen uit om van sokken te veranderen en zonder veel gerucht te maken vertelden we elkaar onze belevenissen. Het duurde niet lang voor we sliepen. Toen ik ontwaakte, was het al licht. Ik ging door een kier van de deur loeren om het terrein te bekijken zonder zelf gezien te worden. De Fransen die op de eerste linie zaten, waren tranchees aan het graven.

Soldaten graven loopgraven - uit het boek "Odon"

Soldaten graven loopgraven – uit het boek “Odon”

de slag om Lodz

Russen en Duitsers in de slag om LodzHalf november 1914 is het oorlogsgeweld aan het westfront bijna tot een stilstand gekomen. Het Ijzerfront is zo goed als stabiel. De eerste slag om Ieper is in feite al gedaan, enkele kleinere schermutselingen niet te na gesproken. Maar aan het oostfront wordt er nog hevig slag geleverd. En die slag komt er in feite doordat Duitsers en Oostenrijkers aan de ene kant en de Russen aan de andere kant mekaars plannen doorkruisen. De Duitsers en Oostenrijkers willen oprukken naar Warschau (Russische deel van Polen). De Russen willen Silezië binnenvallen. Het is in die context dat de slag om Lodz plaats vindt. De slag duurt van 11 november tot 6 december 1914.

slag om Lodz 1914

slag om Lodz 1914

Offer 1914 – de Hauptverbandplatz in Sedan

Offer1914 is de tocht en documentaire van Hugo Luijten en Ruud Snijders. In deze aflevering wordt een beeld geschetst van een zogenaamde Hauptverbandplatz in Sedan. Meer informatie vind je ook op de facebook pagina van Offer 1914.
Deze aflevering is voorzien van scènes uit films. Ook de andere afleveringen zijn aan te bevelen !

Afgedreven zeemijn doodt 9 mannen in Westkapelle – Nederland

Nederland is de ganse oorlog neutraal gebleven. Daarmee is het land heel wat oorlogsellende gespaard gebleven. Maar toch is Nederland niet gespaard gebleven van alle ongemakken die de oorlog met zich meebracht. Denk maar aan de talloze Belgische vluchtelingen die door Nederland zijn opgevangen, naast soldaten van diverse nationaliteiten die de grens zijn overgevlucht en daar ontwapend tot het einde van de oorlog in kampen hebben verbleven.
Maar af en toe doodt de oorlog ook in Nederland. Dat is het geval wanneer op 16 november 1914 een afgedreven zeemijn ontploft aan de dijk in Westkapelle. In totaal waren er drie zeemijnen aangespoeld in Westkapelle en de eerste 2 zeemijnen waren onschadelijk gemaakt. Bij de derde zeemijn loopt het mis en de knal is tot in Walcheren te horen. De ontploffing doodt 9 jonge mannen, onder hen een kapitein, twee luitenants-ter-zee en een polderopzichter. Dit voorval schokt gans Nederland tot in de hoogste kringen : de koningin betuigt haar medeleven, in het parlement wordt gedebatteerd over hoe dit kon gebeuren. De begrafenis van de 9 mannen heeft plaats op vrijdag 20 november 1914. Veel Marine- en Landweermannen liepen mee in de omgang van de dijk naar de vuurtoren. Daar krijgen de overledenen een gezamenlijk graf.
Tijdens de oorlogsjaren zullen meer dan 6.000 zeemijnen aanspoelen op de Nederlandse kust.

Begrafenis te Westkapelle op 20 november 1914

Begrafenis te Westkapelle op 20 november 1914

bronnen :
oorlogskalender 2014-2018, Davidsfonds

 

http://www.joostbruinsma.nl/westkapelle1914/

Herbert Sulzbach, Duitser in de Eerste en Brit in de Tweede Wereldoorlog

Toegegeven, ik heb gespiekt. In de oorlogskalender 2014-2018 van het Davidsfonds stond er op 12 november 2018 vermeld over dan 100 jaar geleden het volgende :

De hele oorlog lang was Herbert Sulzbach, een Duitse vrijwilliger van het eerste uur, als trotse officier aan het front. Vandaag kan hij niet anders dan de nederlaag doorslikken (…)

Ik was direct geboeid. Want Sulzbach had de oorlog overleefd en er stond nog een fragment van zijn dagboek op de oorlogskalender. Via Google kwam ik uit op zijn boeiende levensverhaal.

Herbert Sulzbach in Brits uniform tijdens de 2e WO

Herbert Sulzbach in Brits uniform tijdens de 2e WO

Herbert Sulzbach is geboren in Frankfurt-Am-Main in 1894. Hij stamt uit een rijke en invloedrijke familie van bankiers. Zijn grootvader Rudolf Sulzbach stichtte een bank die later de basis zou vormen van de Deutsche Bank. Herbert Sulzbach dient zich aan in 1914 als vrijwilliger in de Groote Oorlog. Hij wordt ingelijfd bij het 63e veldartillerieregiment dat zijn basis in Frankfurt heeft. Het grootste deel van de oorlog dient hij aan het westelijk front al is er ook een kleine periode waarin hij aan het oostelijk front gelegerd is. Tijdens het offensief aan de Somme in 1916 krijgt hij het Ijzeren Kruis, tweede klasse.  en overleeft die ook. In 1918 na een offensief bij Villers-Coterets krijgt hij voor zijn moed het Ijzeren Kruis eerste klasse. Uit handen van Paul Von Hindenburg krijgt hij ook het Frontkruis van verdienste. In 1935 publiceert hij zijn dagboek onder de titel “Zwei Lebende Mauern”. We zijn dan na de machtsovername door de nazi’s en als Jood krijgt hij het moeilijk. Sulzbach  vlucht in 1937 naar Londen. Als de Tweede Wereldoorlog uitbreekt, neemt hij dienst in het Britse leger. Hij krijgt als opdracht de Duitse krijgsgevangenen te ondervragen en te denazificeren. Na de oorlog werkte Sulzbach voor de Duitse ambassade in Engeland. Zijn hoofddoel was de verzoening tussen Duitsland en Engeland. Voor zijn verdiensten kreeg hij ook de medaille “Paix de l’Europe”. In 1975 verschijnt er een Engelse versie van zijn dagboek over de Groote Oorlog “With the German guns”. Herbert Sulzbach sterft in Londen op 91-jarige leeftijd in 1985. In datzelfde jaar verschijnt zijn dagboek nogmaals in het Duits, maar dit keer onder de titel “Zwischen Zwei Mauern”.

bronnen

http://spartacus-educational.com/FWWsulzbach.htm

http://www.firstworldwar.com/poetsandprose/sulzbach.htm

http://www.juedische-allgemeine.de/article/view/id/16430

http://de.wikipedia.org/wiki/Herbert_Sulzbach

De onbekende zoeaaf aan de Drie Grachten

In de voorafgaande dagen bestookten Duitse en Franse troepen elkaar in de buurt van Drie Grachten (Merken – Houthulst). Aanvallen volgende elkaar op. De Fransen bezetten de voorpost Drie Grachten op de weg Noordschote – Luingne. In de loop van de nacht van 11 november op 12 november 1914 doen de Duitsers een nieuwe tegenaanval, waarbij ze enkele gevangen genomen zoeaven voor zich uit duwen om met deze list de Franse voorpost in te nemen. Een van de onder schot gehouden zoeaven ziet het gevaar van de situatie en roept naar zijn landgenoten “Tirez donc au nom de Dieu,, ce sont des Boches ” (Schiet in godsnaam, het zijn moffen.). De Fransen vuren en doden daarbij zowel de Duitsers als hun niet-geïdentificeerde strijdmakker.deuxieme_zouave_003

Tijdens het Lichtfront op 17 oktober 2014 werd er een brandende reus over de brug getrokken als eerbetoon aan de Franse zoeaaf die zijn leven gaf voor zijn strijdmakkers.

onbekende zoeaaf - Lichtfront 2014

onbekende zoeaaf – Lichtfront 2014

bronnen