op zoek naar frontdienst

Hans Tröbst is op basis van zijn pionierservaring in het Duitse leger toegewezen aan een Turkse divisie die verdedigingsstellingen graaft in afwachting van de volgende Griekse aanval. Maar hij hoopt nog altijd naar het front te kunnen gaan. En dus besluit hij op 6 mei 1921 de trein naar Eskişehir te nemen om nogmaals te vragen naar het front te mogen.

De komende veldslag was het brandpunt van al onze gesprekken. Ze werd beschouwd als de laatste beslissende veldslag. Als de Griek opnieuw slaag zouden krijgen, dan zou hij ononderbroken tot Smyrna en verder weglopen. (…) Om zeker te zijn dat ik deze veldslag niet zou missen, besloot ik naar Eskişehir naar de generale staf te gaan om mijn overplaatsing aan te vragen naar een divisie aan het front en om tenminste bevel te kunnen voeren aan het front voor de duur van de veldslag.

En dus spoorde ik per trein naar Eskişehir om opnieuw de grootstadlucht in te ademen en vooral mijn aanbeden Adèle weer zien. Al aan het eerstvolgende station hadden we een langer oponthoud omdat hier een goederenwagon moest uitgeladen worden. Ook hier zoals overal een voorbeeldige orde. De uniformen waren natuurlijk een zeer bonte samenstelling. Engelse en Franse uniformstukken vielen het meest op. Maar hieraan ziet men dat men ook zonder reglementaire uniformen oorlog kan voeren zolang de wil er maar is.

Tegen de middag kwam ik in de stad aan, haalde Erturgrul op en we besloten om de rest van de dag te vieren en ons grondig te bezuipen. Want Ertugrul had bij de Duitse keierlijke marine gediend. We bezochten samen Adèle Georgiades, Käthe Leontides en daar leerder ik nog andere Griekse godinnen kennen. Nadat we ongelooflijk veel ijs en sorbet gegeten hadden, Shira en ander spul hadden gedronken, begaven we ons naar de woning van Ertugrul die hij van een Duitse, Frau Kleinert, gehuurd had.

De dag erna ging ik met een zure snuit en een zware kop naar majoor Tefik Bey die net van de frontlinies was teruggekomen. Mijn uitdrukkelijke aandringen om me toch eindelijk naar het front te sturen, had tot gevolg dat hij me beloofde mijn vraag te bepleiten. Nu, dan was het alweer wachten.

In de namiddag ging ik op de uitnodiging van een oudere heer in, die zich als Oostenrijkse Rittmeister van de reserve voorstelde en die al 20 jaar dienst bij de spoorwegen had. Hij bewoonde met zijn Armeense vrouw een verrukkelijk huisje dat midden in een reuze fruitplantage lag. Ik beleefde bij varkensgebraad en wijn een zeer interessante namiddag bij hen. Jammer genoeg vertelde hij weinig vrolijks. Hij had de wereldoorlog aan alle fronten meegemaakt en vertelde me als oude soldaat met diepe droefheid over de toestanden in het Oostenrijkse leger.

Zo toonde hij me een omvangrijke verzameling springstoffen, waarop een datum en een kilometergetal gegraveerd stonden. Bijvoorbeeld 15.7.1915, km 495,5. Deze explosieven waren afkomstig van de kanonnen van Engelse en Italiaanse onderzeeërs die in de golf van Ismid binnengedrongen waren en negen maal geprobeerd hadden de spoorlijn naar Bagdad te verwoesten.

De spoorlijn tussen Berlijn en Bagdad waarvan hier sprake is, is een spoorlijn die door het Duitse keizerrijk gefinancierd werd. De spoorlijn werd door de Britten als een bijzonder risico ervaren omdat het de Duitsers dichter bij India bracht en ook controle gaf over de olievelden nabij Basra. Volgens sommige historici is deze spoorlijn een van de redenen waarom Groot-Brittannië tegen Duitsland ten oorlog trok.

Bronnen :
https://en.wikipedia.org/wiki/Berlin%E2%80%93Baghdad_railway

Die Reise nach Anatolien – Band 8: Vom Baltikum zu Kemal Pascha (Ein Soldatenleben in 10 Bänden 1910 – 1923) Kindle-editie

De foto hieronder toont een zicht op Eskişehir in de jaren 1920.


trein ontploft te Hamont

Op 18 november 1918 explodeert rond 11 u ’s avonds een munitietrein in Hamont. Aan grensstations als dat van Hamont en elders staan behoorlijk wat treinen omdat de Nederlanders aarzelen om doorgang te verlenen.

Een groot aantal mensen laat het leven maar niemand lijkt het precieze aantal te kennen. Aan het station staat ook hospitaaltreinen met Duitse oorlogsgewonden. Op een kerkhof in Hamont worden 35 Duitsers begraven. Later worden zij herbegraven op de militaire begraafplaats van Leopoldsburg. Schattingen van het totale aantal slachtoffers lopen uiteen van honderd tot duizend. Over de werkelijke oorzaak van de explosie tast men in het duister.

Wie meer wil weten over deze ramp, kan terecht op deze pagina.   

bron : oorlogskalender 2014-2018, Davidsfonds

Duits treinkonvooi in Kapelle-op-den-bos

Al enkele dagen staan er treinwagons ter hoogte van het station van Kapelle-op-den-bos. Duitse soldaten verkochten er de voorbije dagen allerhande goederen aan lage prijzen. Maar wanneer de koopgrage dorpelingen op de ochtend van 14 november 1918 opdagen, is er niemand. Enkelen breken de wagon open met breekijzers : de in de wagon opgestapelde munitie ontploft.

Twintig mensen verliezen het leven, tal van anderen raken gewond. Sommigen zijn verminkt voor de rest van hun leven. Een van de slachtoffers is Frans Van den Bergh, 12 jaar oud, uit de Bormstraat in Tisselt. Het jongetje heeft diverse brandwonden en kreeg rondvliegend materiaal in ijn lichaam.

bron : oorlogskalender 2014-2018, Davidsfonds

Duitse-soldaten-op-het-dak-van-een-trein-1918

Duitse keizer doet troonsafstand

Keizer Wilhelm II doet troonsafstand op 9 november 1918. Eerder was er al muiterij in zijn geliefde Kaiserliche Marine, tot zijn grote verbijstering overigens. In het hoofdkwartier van het Duitse leger in Spa krijgt hij te horen dat de officieren en soldaten van het landleger niet zullen vechten voor het behoud van zijn troon. Daarnaast is er ook nog de revolutie die het land in zijn ban krijgt.

Even denkt de van realiteitszin verstoken keizer dat het afstaan van de keizerskroon zal volstaan en hij koning van Pruisen kan blijven. Prins Max von Baden kondigt evenwel de volledige troonsafstand aan. Op 10 november 1918 vlucht Wilhelm Hohenzollern, zoals zijn burgernaam luidt, met de staart tussen de benen per trein naar Nederland. In het verdrag van Versailles (1919) staat later dat de voormalige keizer vervolgd moet worden, maar de Nederlandse koningin Wilhelmina weigert halsstarrig om deze oorlogsmisdadiger uit te leveren.

Op de foto hieronder staat de keizer en zijn gevolg te wachten in het station van Eijsden (Nederland). Hij is de vierde vanaf links, aangeduid door het kruisje.

bron : oorlogskalender 2014-2018, Davidsfonds

WilhelmII_19181109

Duitsers verlaten Knokke

Duitse marinefusiliers beginnen op 15 oktober 1918 hun kanonnen tussen Nieuwpoort en Knokke te vernietigen. Naar schatting een paar honderd staan er. Alleen de stukken geschut die op spoorwagons staan, nemen ze mee.

Op 16 oktober 1918 voltooien ze deze taak en trekken ze zich terug, weg van de kust. De betonnen schuilplaatsen voor de geschutsbemanningen zijn leeg.

bron : oorlogskalender 2014-2018, Davidsfonds

Knokke_BatterijHamburg

De laatste rit van de Balkanzug

Vanuit Constantinopel vertrekt op 6 oktober 1918 de laatste Balkanzug. In de omgekeerde richting verlaat een trein Berlijn nog op 11 november 1918, maar die raakt niet verder dan Nis (Servië).

De Balkanzug was een soort alternatief van de Centralen voor de Oriënt Express. Deze historische treinverbinding wedr immers opgeheven in het begin van de oorlog, omdat het traject deels over vijandelijk grondgebied loopt.

Voor Duitsland en Oostenrijk-Hongarije is de Balkanzug belangrijk omdat die een verbinding biedt met de Turkse bondgenoten : de hoofdas verloopt immers tussen Berlijn en Constantinopel. Over dit traject, dat ongeveer drieënhalve dag vergt, rijdt de trein tweemaal per week.

De Duitsers slagen er niet in om het traject te verlengen tot Bagdad omdat sommige tunnels richting Iraakse hoofdstad nog niet operationeel zijn.

bron : oorlogskalender 2014-2018, Davidsfonds

Balkanzug_1918

 

drama in Halle

In de nacht van 19 op 20 juli 1918 wil een Engels vliegtuig het station van Halle bombarderen, maar dat loopt uit op een dramatische misser. In plaats van op het station, waar heel wat Duitse soldaten zijn op weg naar het front, komen een of meerdere bommen terecht op een woonhuis in de Statiestraat. Resultaat : alle vijf kinderen uit één gezin komen om. Hun ouders overleven het bombardement maar zijn in één klap hun kroost kwijt.

bronnen
oorlogskalender 2014-2018, Davidsfonds
http://pajottenland-zennevallei.kindereninbezetgebied.be/objecten/20-juli-1918-een-ware-ramp 

Halle_19180720

 

Zwaar treinongeluk in Hammond

Niet de oorlog beheerst op 22 juni 1918 het nieuws maar een zwaar treinongeluk in Hammond, Indiana (VS) waarbij 86 doden en 127 gewonden vallen. Rond 4u in de ochtend tuft door het landschap van Indiana een eerder langzame trein met aan boord 400 mensen van het circus Hagenbeck-Wallace. Op korte afstand volgt een trein met twintig lege passagierswagons die duidelijk een hogere snelheid aankan.

Wanneer de trein een noodstop moet maken in Hammond, rijdt de achteropkomende trein erop in. De wagon met de keuken en de vier achterste houten slaapwagons worden volkomen vernield. Enkele seconden later ontstaat er ook nog brand. Wellicht is de ervaren machinist van de achterop komende trein in slaap gevallen door een combinatie  van veel te weinig rust, enkele zware maaltijden en het eentonige ritme van de rollende trein.

Bron : oorlogskalender 2014-2018, Davidsfonds

D8B777A7-F05E-4067-8859-3E73D7EF52EF

Tsjechische opstand in Chelyabinsk

Tsjechische opstand in Chelyabinsk

Het Tsjechisch legioen bestaat uit voormalige Tsjechische en Slowaakse soldaten van het Kaiserliche und Königliche (K.u.k.) Armee die de kant hebben gekozen van het tsaristische Rusland. Met de vrede van Brest-Litovsk ondertekend door de Duitsers en de Russische bolsjewieken valt de oorlog aan het oostfront stil. In plaats daarvan komt er een Russische burgeroorlog waarbij het Tsjechisch legioen zich neutraal verklaart. Dit legioen wil niet liever dan naar hun geboorteland teruggaan om voor de onafhankelijkheid te vechten. In totaal gaat het om ongeveer 50.000 soldaten. De geallieerden stellen dit legioen voor om hen via Vladivostik te repatriëren. Dit vraagt een hele hoop treinen en de nodige goede wil vanwege de bolsjewieken.

Op 14 mei 1918 stopt een trein met soldaten van het Tsjechisch legioen in Chelyabinsk. Terzelfdertijd stopt er een trein met voormalige Oostenrijks-Hongaarse krijgsgevangenen die de bolsjewieken willen inruilen voor Russische krijgsgevangenen. Hongaarse soldaten roepen uitdagen naar de Tsjechen, die beginnen scheldwoorden terug te roepen en een Hongaar gooit een of andere granaat naar de Tsjechen. Die halen de Hongaar bij zijn kameraden weg en lynchen hem. Daarop arresteren de bolsjewieken de Tsjechische soldaten verantwoordelijk voor de lynchpartij.

Het gaat van kwaad naar erger. De Tsjechen gaan naar de gevangenis van Chelyabinsk, bevrijden hun kameraden en nemen de wapens van het plaatselijke garnizoen in beslag. Als dit nieuws Moskou bereikt, sturen de bolsjewieken een telegram naar Chelyabinsk met de eis voor het Tsjechische legioen om de wapens neer te leggen. Het legioen gaat hier niet op in.

Op 23 mei 1918 krijgen de plaatselijke sovjets van Chelyabinsk het bevel om het Tsjechische legioen te ontwapenen. Maar de Tsjechen controleren gans de stad en krijgen het telegram dus als eerste te zien. Op 25 mei 1918 vaardigt Trotsky een bevel uit om de Tsjechen die de wapens niet neerleggen, neer te schieten. Deze orders lekken ook uit bij het Tsjechische legioen. Daarop beslissen ze om hun weg naar Vladivostik verder te zetten met geweld als het moet. Ze nemen de controle over van de Transsiberische spoorlijn. Een gevolg hiervan is dat de ganse tsaristische familie geëxecuteerd wordt door de bolsjewieken als het Tsjechische legioen op weg is naar Ekaterinburg.

bronnen
Michael Neiberg & David Jordan, the eastern front 1914-1920, Amber Books
http://czechlegion.com/TheCzechLegion/Introduction.html
https://sovietjournal.wordpress.com/2011/05/03/the-czech-legion-1/

CzechLegion_ArmouredTrain

 

 

Ramp vermeden in Haringe

Een volle munitietrein arriveert op 30 april 1918 in een munitiedepot in Haringe (Poperinge). Na de loskoppeling van de locomotief ontstaat er brand in de tweede wagon. De Britse militair A.H. Furlonger beveelt treinbestuurder J.E. Bigland om opnieuw achteruit te rijden en de wagons weer aan te koppelen. Samen met Joseph Farren koppelt Furlonger de eerste twee wagons weer aan de locomotief. Tegelijkertijd koppelt een andere soldaat de overige wagons af van de brandende.

Precies dan ontploft de munitie in de brandende wagon en doodt of verwondt de toegesnelde soldaten. Zonder hun dappere inzet zou de ontploffing niet beperkt gebleven zijn tot twee wagons maar zou de hele munitieopslagplaats geëxplodeerd zijn. De militairen die om het leven kwamen bij de ontploffing van de treinwagons, zijn begraven op Bandaghem Military Cemetery in de Nachtegaalstraat in Haringe.

munitiedepot_191804