William Henry Dawkins wacht in Lemnos op zijn verdere bestemming

William Henry Dawkins is een luitenant bij de Autralische genietroepen. In november 1914 zit hij aan boord van het troepentransportschip Orvieto. WilliamHenryDawkinsSamen met andere schepen verlaten ze Melbourne richting Ceylon.

Na 4 weken zee gaat hij met de andere Australische soldaten aan land in Egypte. De oorspronkelijke bestemming Engeland is gewijzigd nu ook het Ottomaanse rijk in de oorlog de kant van de Centralen heeft gekozen. Engeland wil daarom in Egypte een reserveleger opbouwen tegen de Ottomaanse aanwezigheid in deze regio.Kerstmis 1914 viert Dawkins bij de pyramides in Caïro.

Einde februari 1915 schrijft Dawkins aan zijn moeder dat hij verwacht binnen de 2 weken marsorders te krijgen. Einde maart 1915 is een groot deel van de brigade van Dawkins’ brigade al per bootover de Middellandse zee naar het eiland Lemnos in het noordelijke deel van de Egeïsche zee vertrokken. Zelf is William Dawkins dan nog in Caïro. Daar maakt hij nog de relletjes mee die verveelde Australische soldaten uitlokken. Na Pasen 1915 vertrekt Dawkins ook naar Lemnos. Hij weet dat ze daarna gauw zullen verder gaan en hij weet welke taak hem en zijn brigade te wachten staat : ze zullen verantwoordelijke zijn voor de watervoorziening. Aan boord van het troepentransportschip de Mashobara liggen grote hoeveelheden pompen, buizen en boren en bovendien graafgerei en gereedschap. Hij en zijn manschappen hebben kaarten gekregen van het gebied waar ze zullen worden ingezet. Het heet Gallipoli, een smal, langwerpig schiereiland dat de toegangsroute naar de Zee van Marmara bewaakt.

bron : Peter Englund, de schoonheid en het verdriet van de oorlog, Spectrum

Dokter Lievens op verlof in Engeland

Dokter Lievens is vanaf 18 april 1915 op verlof. Hij heeft het geluk naar Engeland te kunnen trekken.

18 april 1915  : In verlof naar Londen met René Van Snick. Eerst logeren we in Calais in het Hotel Terminus.

19 april 1915 : We vertrekken naar Folkestone om 8u15. Na een voorspoedige overtocht komen we omstreeks de middag aan en boeken inb het Pavilion Hotel. Wij zoeken Jozef Ide (schoonbroer van dokter Lievens) in de Folketsone Parade op het adres dat hij ons heeft achtergelaten maar hij is vertrokken zonder enige aanduiding. In de namiddag worden we in een privéclub ontvangen. De leden zijn wat blij met de kleine souvenirs die we van het front hebben meegebracht.

20 april 1915 : Londen. Strand Palace Hotel. Zeker aan te bevelen. Fooien zijn niet toegelaten. We ontmoeten Jozef, een heel chique meneer, een echte gentleman. Hij heeft een kleine kamer in D street. Op een klein plankje boven het bed lees je :”Strikt verboden dames binnen te brengen”. Het is doodstil in Londen, want het is zondag en alles is dicht. ’s Avonds begeven we ons naar Hotel Monico, ontmoetingsplaats van de Belgen.

21 april 1915 : We flaneren en wandelen in Londen.

22 april 1915 : Grote propaganda voor rekrutering : je ziet langs alle kanten mensen samentroepen en mannen en vrouwen die de massa bewerken. Bij Kingsway treedt een buitengewoon originele Schotse muziekgroep op met fluiten en doedelzakken en tamboers die de grote trom roeren. De muzikanten zijn in pantervellen gekleed. Ze worden gevolgd door een auto met een officier en 2 dames in uniform. Daarna houdt de officier een uiteenzetting en vraagt om tien man. Een na een komen die uit de menigte en worden naar de kazerne gebracht. In Groot-Brittanië word je op die manier bij het leger ingelijfd. Bij Kodak koop ik een fototoestel (de foto’s die dokter Lievens daarmee maakt, zijn ook in het boek afgebeeld).

bron : André Gysel, dokter Lievens – dagboek van een arts, Lannoo

Pavilion Hotel te Folkestone

Pavilion Hotel te Folkestone

Duitsers bereiden de gasaanval op Ieper voor

Duitse militairen treffen allerhande voorbereidingen om daags erna (22 april 1915) de eerste gasaanval op de geallieerden te lanceren. De twee vorige pogingen werden afgelast omdat de wind niet gunstig zat. Op 21 april 1915 ’s avonds noteert luitenant Becker van een Reserve Infanterie Regiment het volgende :

We zitten in de loopgraven boordevol zelfvertrouwen. De mannen van de genie komen langs en controleren de vergrendeling van de ventielen van de stalen cilinders waarin het gas onder hoge druk opgeslagen zit. Veilig staan de cilinders in de Vlaamse modder. De leidingen waardoor het gas zal worden vrijgelaten, zitten onzichtbaar voor de vijand verborgen in de aarden wal boven de loopgraven. Onze enige bescherming tegen het gas bestaat uit vochtige katoenen doeken voorzien van een draagbandje om ze tegen onze neus en mond te klemmen.

gascilinders

bron

oorlogskalender 2014-2018, Davidsfonds

strijders van over de Middellandse zee

Het bericht dat ik gisteren publiceerde over de graven van Algerijnse soldaten (met als titel Arabische stenen), deed me denken aan het dagboek van grenadier Odon van Pevenaege. Odon noteert op 19 oktober 1914 het volgende :

’s Morgens was het om 3 uur reveille. Na het rassemblement gingen we in de richting van Loo. Onderweg zagen we veel Fransen. Te Loo aangekomen zag ik Arabieren te paard. Dat had ik nog nooit gezien.

MarokkaanseSpahi1915De Arabische cavaleristen in dienst van het Franse leger werden Spahis genoemd. Het woord is afkomstig via het Turks van Het Perzische sipahi, wat ruiter betekent. Zowel in Algerije als in Marokko worden er Spahi-regimenten gevormd.

Eind augustus 1914 arriveert een Marokkaanse divisie in Frankrijk. De Duitsers hebben zich dan ingegraven op de heuvelruggen van Vimy, tussen Atrecht en Lens in Frans-Vlaanderen. Daar wordt de Marokkaanse divisie ingezet. Op anderhalf uur tijd breken de Marokkaanse soldaten door de 4 Duitse loopgraven. Ze hebben slechts één fout gemaakt : winnen waar het niet verwacht werd. Het Franse leger heeft bijgevolg geen versterkingen klaar om de overwinning te consolideren en dus wordt deze grond later weer prijsgegeven.

Later wordt de divisie noordelijker ingezet. Een van de weinige Marokkaanse officieren Brick Ben Kaddour sneuvelt  in Radinghem bij Rijsel. Een deel van de divisie arriveert op 13 november 1914 aan het kanaal Ieper-Ijzer en verovert er Bikschote. Ook nabij Hill 60 in Zinnebeke ziet men deze Marokkaanse soldaten vechten. Eind januari 1915 wordt de Divisie op rust gesteld bij Duinkerke.

Naast de Marokkanen zijn er ook Algerijnen aan het front in Vlaanderen. Zij vangen de eerste gaswolk van de Duitsers op nabij Ieper op 22 april 1915.

De afbeelding van modelbouwsoldaat mag geenszins het vermoeden wekken dat ik deze soldaten als speelgoedfiguren wil beschouwen. Onderstaande link met als titel “Marokkanen aan de Ijzer” zal het tegendeel bewijzen. Maar soldaten die al te lang zijn vergeten, worden beter herdacht met een kleurenafbeelding dan met een klassieke zwart-wit-foto.

bronnen

Ivan Adriaenssens, Odon – oorlogsdagboek van een Ijzerfrontsoldaat

http://www.dewereldmorgen.be/artikels/2013/08/04/marokkanen-aan-de-ijzer

Arabische Stenen in Westvleteren

Op het kerkhof van Westvleteren heb ik ze zien liggen, in de grote gemeenschappelijke put, de vroegere rode broeken en de blauwe turco’s, gesneuveld bij het Veerhuis, la Maison du Passeur, ginder aan de Ieperlee. Gesneuveld, in de aarde gestopt, ongekend en vergeten voor immer. En zo zijn er duizenden, miljoenen ! Heer, zo de mensen onmeedogend zijn, weest Gij toch barmhartig.

Dat noteerde student Jeroom Leuridan uit het naburige Oostvleteren op 20 april 1915 in zijn dagboek. De ‘rode broeken’ verwijzen naar Franse soldaten, de ‘blauwe turco’s’ naar de Algerijnen die met de Fransen meegevochten hadden aan de Ieperlee, een zijrivier van de Ijzer. Op het kerkhof van Westvleteren kregen de gesneuvelde moslims de volgende maanden een individueel grafteken met een Arabisch opschrift. Men vindt er nog steeds de graven van tweehonderd Fransen, met hetzelfde kruisje. De Arabische stenen zijn verdwenen.

ArabischeStenenbron
Daniël Vanacker, België in de grote oorlog, Roularta Books

Roland Garros geeft zijn geheim prijs in Hulste

Roland Garros geeft zijn geheim prijs in Hulste

De Fransman Roland Garros is aan het begin van de oorlog al een ervaren vliegenier. Hij heeft in 1913 als eerste de Middellandse zee, van Frankrijk naar Tunesie, overgevlogen en een aantal andere vliegrecords op zijn naam staan. In 2013 heeft Google dit trouwens ook herdacht.

RolandGarros1913

Bij het uitbreken van de oorlog is hij werkzaam in Duitsland, maar onverschrokken keert hij via Zwitserland naar zijn vaderland terug, waar hij toetreedt tot het befaamde gevechtseskader Ooievaar (“Les Cigognes”).

Aan het begin van de oorlog gaan gevechtspiloten elkaar te lijf door laags elkaar heen te vliegen en dan met een pistool of geweer te trachten de vijandelijke piloot te raken. Andere oplossingen waren met 2 piloten aan boord te vliegen waarvan een de mitrailleur bedient.

FransVliegtuig

Roland Garros is de eerste die erin slaagt om rechtuit vanuit de cockpit te schieten. Hiervoor heeft hij op basis van een ontwerp een constructie ontworpen door metalen plaatjes op zijn propeller te plaatsen die ervoor zorgen dat de propeller heel blijft als er per ongeluk tegenaan geschoten wordt. Dit systeem geeft hem een voordeel op de Duitse piloten. Op 1 april 1915 vliegt hij recht op een Duitse Albatros II af en schiet die neer. Gedurende de twee weken daarna haalt Garros vijf Duitse tegenstanders neer.

RolandGarros1915_04

Op 19 april 1915 wordt het toestel van Roland Garros boven het spoorwegstation van Kortrijk geraakt en moet hij een noodlanding maken in de wijk Hoog Wallegem in Hulste. Hij steekt zijn vliegtuig onmiddellijk in brand om te beletten dat de Duitsers weet krijgen van het nieuwe wapen dat aan boord geïnstalleerd is en waarmee de Franse piloot in de voorbije weken diverse successen boekte. Roland Garros kan echter niet ontsnappen en komt in krijgsgevangenschap terecht. De Duitsers stellen het toestel tentoon op een boerenkar. Daarna wordt het bestudeerd door de Nederlander Anthony Fokker die dit systeem zal perfectioneren.

RolandGarros1915_03

Het vliegtuig van Roland Garros in Duitse handen

 

bronnen

oorlogskalender 2014-2018, Davidsfonds

Roel Tanja, een korte geschiedenis van de eerste wereldoorlog, BBNC uitgevers

Lanoe Hawker bombardeert het vliegveld van Gontrode

LanoeHawkerOmdat het Duitse leger steeds veelvuldiger gebruik maakt van zeppelins tijdens nachtelijke bombardementen, onder meer op Noord-Frankrijk en Groot-Brittanie, besluiten de geallieerden tot tegenacties. Op 18 april 1915 bombardeert luitenant Lanoe Hawker de hangars van de zeppelins op het vliegveld van Gontrode. Terwijl Hawker onderweg is, bemerken andere toestellen van zijn eskadron de grote aanwezigheid van rollend materieel in het station van Wervik.

Lanoe Hawker is al sinds oktober 1914 gestationeerd in Frankrijk. Zijn bombardement op Gontrode waarbij hij zeer laag vliegt om bommen te laten vallen op het vliegveld, levert hem een medaille op. Tijdens de 2e slag om Ieper raakt hij gewond aan de voet maar hij staat erop verder te vliegen. Zijn kameraden dragen in die periode hem van de barak naar zijn vliegtuig. In juni 1915 krijgt hij voor een geslaagde aanval op 3 Duitse vliegtuigen het Victoria Cross. Hawker wordt majoor in 1916. Op 23 november 1916 raakt hij slaags met Manfred von Richthofen, beter bekend als de rode baron. Het kost Hawker zijn leven.

bronnen

oorlogskalender 2014-2018, Davidsfonds

http://en.wikipedia.org/wiki/Lanoe_Hawker

Hill 60 bij Ieper vliegt de lucht in

Nadat Britse tunnelbouwers wekenlang zwoegden in de ondergrond van Hill 60, ontploffen op 17 april 1915 een resem ondergrondse mijnen. Talloze Duitse soldaten overleven de ontploffingen en de instorting niet. Britse troepen veroveren daarop de strategisch gelegen heuvel.

Enkele weken later, op 5 mei 1915, heroveren Duitsers de Britse stellingen, onder meer met de inzet van gifgas. In de loop van de oorlog zal deze kunstmatige heuvel nog een aantal malen van kamp wisselen. Behalve veel Britten en Duitsers verloren hier ook tal van Fransen en Australiërs het leven tijdens talrijke hevige gevechten.

Toeristische tip : op en rond Hill 60 (Zwarteleenstraat Zillebeke) is een herdenkingssite gebouwd waarin het historische oorlogslandschap een hoofdrol speelt. Er zijn mijnkraters, loopgraven, bomputten, restanten van bunkers en schuilplaatsen.

bron : oorlogskalender 2014-2018, Davidsfonds

uit de film "beneath Hill 60"

uit de film “beneath Hill 60”

Executie te Gent

Executie te Gent

op 15 april 1915 werd in Gent de 54-jarige Ferdinand Lenoir, divisiechef bij de spoorwegen, geëxecuteerd. Wellicht verneemt Virginie Loveling het pas een dag later, want ze vermeldt het in haar oorlogsdagboek op 16 april 1915.

FerdinandLenoirGisteren had een terechtstelling plaats. Een heer, ingenieur, afdelingsoverste in het Gouvernementshotel te Brussel, is door het hoofd geschoten. Lenoir was zijn naam.

De enen zeggen dat hij beschuldigd was van een draadloze telefoon in zijn huis te hebben gehad, anderen vertellen dat hij de vlucht van Belgische soldaten heeft bevorderd. Er wordt ook beweerd dat hij Duitse treinboekjes aan de bondgenoten bezorgde.

Het was zijn vrouw toegestaan gans de morgen bij hem door te brengen. Haar gesmeek, haar knieval, hebben geen harten van de rechters vermurwd.

bronnen 

oorlogskalender 2014-2018, Davidsfonds

de oorspronkelijke tekst is te lezen op http://edities.kantl.be/loveling/d_1915-04-16.htm

Ferdinand Lenoir wordt ook vermeld op http://vdkg.weebly.com/de-slachtoffers

verontrustende berichten over Duitse gasaanval (2)

Op 13 april 1915 heeft een Duitse deserteur de Fransen ingelicht over een komende gasaanval (lees daarover meer op deze bladzijde). Maar de Belgen hebben zelf ook al eerder inlichtingen gekregen dat er iets op til was. Deze inlichtingen worden via het Belgisch bureau te Folkestone naar de Belgische legerleiding doorgestuurd.De inlichtingenbron is de dochter van een Gentse textielfabrikant die zijn fabriek moest lenen voor de productie van Duitse bestellingen.

Al op 24 februari 1915 wordt via Nederland het bericht doorgestuurd dat de bezetter de opdracht heeft gegeven 5000 stoffen zakjes te maken waarin een rubberen laag is verwerkt. Het is de bedoeling ze waterdicht te maken. Bovendien zijn het niet de Gentse arbeiders maar Duitse soldaten die het werk moeten uitvoeren. Dat is een aanwijzing voor het belang dat aan deze stoffen zakjes wordt gehecht.

Op 5 maart 1915 kan de Gentse dame via Nederland een dergelijk zakje bezorgen aan de inlichtingendienst. Folkestone stuurt het exemplaar naar het Belgische hoofdkwartier. Op 19 maart 1915 volgt het bericht dat deze zakjes in de ogen van de bezetter belangrijk zijn want er is een nieuwe bestelling van 7.000 exemplaren besteld, opnieuw bij hoogdringendheid. De zakken moeten de feldgraue kleur van de uniformen hebben. Niemand kan vertellen waarvoor ze dienen maar er is haast bij. De soldaten moeten tot laat in de nacht doorwerken. Op 13 april 1915 volgt het bericht dat er een nieuwe dringende opdracht is gegeven. Ditmaal gaat het om 20.000 mondmaskers. Ook van dat voorwerp raakt een exemplaar in Folkestone en het vergezelt de bijbehorende nota naar het hoofdkwartier op het vasteland. De Gentse dame weet dat het masker voor de mond moet gebonden worden na te zijn gedoopt in een bepaalde, nog niet bekende vloeistof. Een Duits officier heeft gezegd dat het moet dienen als bescherming tegen de stikgassen die de Britten gebruiken.

bron : Luc Vandeweyer, Koning Albert en zijn soldaten, Manteau


DuitsGasmasker1915_02