Op 1 november 1920 wordt de Ier Kevin Barry, aanhanger van de IRA, door de Britten geëxecuteerd. Dit drijft de spanning tussen Ieren en Britten op, ook al omdat de hongerdood van Terence MacSwiney zo kort geleden is. (lees maar over die hongerstaking op deze pagina).
Kevin Barry sluit zich in 1917 aan bij de Irish Republican Army. Hij is dan nog maar 15 jaar oud. Vanaf 1918 neemt hij deel aan operaties van de IRA. Op 20 september 1920 is hij ook van de parij als de IRA een hinderlaag legt nabij Bolton Street in Dublin voor Britse soldaten die brood komen ophalen in een vrachtwagen. De operatie lijkt eerst vlot te verlopen als de Britten hun wapens neerleggen. Maar dan klinkt er een schot en de IRA aanhangers beginnen daarop verschrikt rond te schieten. Het wapen van Kevin Barry blokkeert tot twee maal toe en hij duikt onder de vrachtwagen. De andere IRA aanhangers slagen erin te ontsnappen maar Kevin wordt door de Britten ontdekt en opgepakt. Bij de hinderlaag sterven drie Britse soldaten.
Bij de ondervraging door de Britse militairen krijgt Barry het zwaar te verduren. Op 20 oktober 1920 verschijnt hij voor de Britse militaire rechtbank. Als hij terug in de gevangeniscel zit, krijgt hij om 8 uur ’s avonds te horen dat hij veroordeeld is tot de doodstraf door de strop. Op 31 oktober krijgt hij drie bezoeken. Bij het laatste bezoek ziet hij zijn moeder, broers en zussen. Op 1 november 1920 wordt Kevin Barry opgehangen in Mountjoy prison in Dublin.
Er is niet lang na zijn dood nog een ballade geschreven over Kevin Barry, dat door meerdere artiesten werd gezongen, waaronder Leonard Cohen en The Dubliners.
In Mountjoy jail one Monday morning
High upon the gallows tree,
Kevin Barry gave his young life
For the cause of liberty.
Just a lad of eighteen summers,
Still there’s no one can deny,
As he walked to death that morning,
He proudly held his head on high.
