In de nabijheid van het station van Pervijze houden soldaten van het 29e linieregiment de wacht in de loopgraven. In een ervan valt op 4 maart 1915 een obus die meteen zes onder hen wegrukt uit het leven. Hun medesoldaten brengen de lichamen een paar kilometer verder naar de dorpskern, een eindje achter het front.
De pastoor organiseert een korte plechtigheid voor de gesneuvelden, die vervolgens begraven worden in een massagraf bij de kerk. De pastoor noteert nog vlug hun namen en herkomst. Ze komen van overal in het land : Bomal, Hornu, Ichtegem, Mechelen, Tielt en Zichem. Later worden de slachtoffers herbegraven, op één na niet in hun geboortedorp. Samen op wacht, samen in het graf.
bron : oorlogskalender 2014-2018, Davidsfonds