Op 25 maart 1923 marcheren Franse troepen binnen in wat bekend staat als de vrijstaat Flessenhals. Deze vrijstaat is een Duits gebied dat bestaat sinds 10 januari 1919. Het is een gevolg van slechte afspraken tussen Amerikanen en Fransen die op de rechteroever van de Rijn bruggenhoofden bezetten. Het is de bedoeling dat die bruggenhoofden op mekaar aansluiten, maar door een fout in de berekeningen is er een gebied ronde plaatsjes Lorch en Kaub dat niet bij het Amerikaanse noch bij het Franse bruggenhoofd hoort. We hebben dus een corridor die door de slechte wegen in het achterland in feite van de Duitse economie is afgesneden. De inwoners van de vrijstaat moeten het dus hebben van de smokkel om de plaatselijke economie te doen draaien. Wijn uit de bezette gebieden ten westen van de Rijn wordt via Flessenhals naar onbezet gebied gesmokkeld en daar verkocht.
Er wordt een eigen valuta ingevoerd (de vrijstaatthaler), en er worden postzegels uitgegeven. Flessenhals heeft een lokale vertegenwoordiging in Mainz ten behoeve van de wijnverkoop, en er zijn zelfs plannen voor een officiële ambassade in Berlijn. Het einde van Flessenhals komt op 25 februari 1923 als de Fransen het Ruhrgebied bezetten om naleving van het Verdrag van Versailles af te dwingen. De Fransen grijpen tegelijkertijd de kans aan om met het eigenzinnige Duitse ministaatje af te rekenen. Flessenhals wordt eveneens bezet. Het ministaatje kan zich weliswaar niet verdedigen, maar de bewoners plegen evenals in het Ruhrgebied passieve weerstand.
bron : https://nl.wikipedia.org/wiki/Vrijstaat_Flessenhals
