gevechtspauze in Turkije

Hans Tröbst schrijft in zijn dagboek over de periode na de slag aan de Sakarya, waar de Turken de Groene tot staan hebben gebracht voor Ankara. De gevechten zijn dan wel gedaan maar nu moet er voor alles gewerkt worden aan de spoorwegen om terug troepentransporten mogelijk te maken.

Na hartelijk afscheid van de kameraden reisde ik ’s anderendaags naar Polatli dat op drie kwartier rijden lag. Polatli was in tegenstelling tot de voorbije dagen redelijk leeg. Het hoofdkwartier was naar Sivrihisar verhuisd en tot mijn spijt stelde ik vast dat mijn vorige kwartier op slechts twee uur verwijderd was van het oude Gordion, waar destijds Alexander de Grote de befaamde knoop ontward had.

De algemene oorlogstoestand was somberder dan ooit. De frontofficier wist niet alles, en de stafofficieren hulden zich in zwijgen. De Grieken hadden zich in vruchteloze aanvallen aan de Sakarya uitgeput, hadden uiteindelijk toch de overgang van de rivier bedwongen en waren tot kort voor Polatli gestopt. De toestand van het Griekse leger was midden september 1921 zo dat ze volledig omsingeld waren en dat de capitulatie enkel een kwestie was van enkele dagen. De terugtocht naar Eskisehir was afgesloten, maar de Turkse soldaten waren door de voortdurende strijd ook zodanig aan het einde van hun krachtendar ze niet meer in staat waren de vijand te vernietigen en de veldtocht nog dit jaar te beëindigen. En zo was de toestand midden oktober.

Er heerste een gevechtspauze die de Turken benutten om soldaten vanuit de Kaukasus en Armenië over te brengen. Want voor hun was het van groot belang om de vijand voor het begin van de winter uit de drie bezette steden te verdrijven. Want de Grieken hadden alle dorpen verbrand, de spoorwegen konden niet gerepareerd worden en de Turken waren dus gedwongen om zich terug te trekken naar de enkele gespaarde dorpen rond Sivrihisar en dan kon de veldslag in de lente van volgend jaar weer helemaal opnieuw beginnen.

Nadat ik vijf uur op de trein in Polatli had gewacht, kon de reis eindelijk verder gaan. In het ganse land waren er geen kolen en dus moesten de machines op hout gestookt worden. En omdat het hout meer dan honderd kilometers in de omtrek niet voorhanden was, moest het met ossenkarren aangebracht worden. In mijn wagon was een internationaal gezelschap : een Arabische luitenant, een Duitse kapitein, een Anatolische luitenant en vier voormalige Russische officieren, waaronder een officier uit Tsjerkasy, twee uit Dagestan en één uit Azerbeidzjan. Men hoorde Duits, Arabisch, Turks, Russisch en Kaukasusdialecten door mekaar. Bij de bouw van de toren van Babel kon het niet erger geweest zijn. Uiteindelijk bracht de trein ons na urenlange vertraging in Ankara tegen half twaalf. Op een afstand van zestig tot zeventig kilometer had de trein elf uur en half nodig gehad. Men had die afstand op die tijd bijna als voetganger kunnen afleggen.

In Ankara kreeg ik te horen wat mijn nieuwe taken zouden zijn. Oorspronkelijk had men voorzien dat ik me bezig zou houden met het opstellen van artillerie in het station. Maar dan was men van mening veranderd en men had me in het spoorbataljon gezet die op dat moment bezig was met de herstelling van de brug nabij Beli-Köprü. Ik was tevreden en ook al was het niet mijn vak, het was tenminste iets nieuws. Maar het was wel weer duidelijk dat de Turkse legerleiding echt niet wist wat aan te vangen met buitenlandse officieren.

De opgave van ons spoorbataljon was om de brug van Beli-Köprü en omliggende sporen zo snel mogelijk te herstellen. Het was van levensbelang voor het leger om de spoorweg voor het begin van de winter terug open te stellen want de sneeuw die doorgaans rijkelijk valt, zou het autoverkeer langs de wegen bijzonder moeilijk maken. De Sakarya was hier vijf meter breed en snelstromend zodat het plaatsen van de steunpilaren van de nieuwe brug dagen in beslag nam. Bovendien was ook de veertig meter lange ijzeren brug over de Pursak tot ontploffing gebracht, samen met heel wat andere, kleinere spoorovergangen. De Grieken hadden van de vernieling duidelijk hun werk gemaakt.

bron : Hans Tröbst – Mit den Kemalisten Kreuz und Quer durch Anatolien – (Ein Soldatenleben in 10 Bänden 1910 – 1923) Kindle-editie

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.