Virginie Loveling heeft het op 28 februari 1915 in haar dagboek over krijgsgevangenen.
Een brief van klachten is toegekomen bij de plaatselijke commandant over het eten van de krijgsgevangenen in Duitsland. De brief is ondertekend door vijf Gentse soldaten, behorend tot bekende families. Dat het voedsel slecht is, wordt door de Duitsers gelogenstraft.
Zevenentwintig krijgsgevangenen schreden vrijdag laatste door de stad, op weg naar Duitsland zeker. Belgen en Fransen onder begeleiding van vijf Feldgrauen (= een verwijzing naar de kleur van de Duitse uniformen). Ze zagen er bleek uit, vermoeid, erg bemodderd en verwaarloosd, met gehavende uniformen en scheefgelopen schoenen.